28 maart 2024

Magneetveld van een jong sterrenstelsel gemeten

De Robert C.Byrd Green Bank Telescoop

De Robert C.Byrd Green Bank Telescoop. Credit: AUI/GBO

Voor het eerst zijn sterrenkundigen er in geslaagd om van een jong, ver verwijderd sterrenstelsel het magneetveld in kaart te brengen. De uitkomst was verrassend: het magneet veld van het 6,5 miljard lichtjaar verwegstaande sterrenstelsel was tien keer sterker [1]B ˜ 84 μGauss om precies te zijn. dan dat van ons eigen Melkwegstelsel. Sterrenkundigen hadden het precies andersom verwacht! De ontdekking werd gedaan met behulp van de hooggevoelige Robert C. Byrd Green Bank Telescope (GBT; zie foto), een radiotelescoop in West Virginia (VS). Het magneetveld van een sterrenstelsel is nauw verbonden aan z’n rotatie. Naarmate een stelsel verder zou ontwikkelen zou z’n magneetveld sterker worden, dacht men. Jonge sterrenstelsels zouden dus een klein magneetveld moeten hebben. Maar het onderzochtte protostelsel, DLA-3C286 genaamd, bleek zoals gezegd een veel sterker magneetveld te hebben. Achter het sterrenstelsel bevindt zich nog een quasar, 3C 286, waarvan het licht onderweg naar Aarde DLA-3C286 passeert. Spectraallijnen in de radiogolven van de quasar blijken door het magnetische veld van DLA-3C286 te splitsen, hetgeen te maken heeft met het zogenaamde Zeeman-effect. Dat effect is lang geleden ontdekt door onze landgenoot Pieter Zeeman en het houdt in dat spectraallijnen van een atoom zich opsplitsen bij de aanwezigheid van een sterk magnetisch veld. Met de GBT werd het Zeeman-effect gemeten en dat leverde een indicatie op voor de sterkte van het magnetische veld. In het stelsel komt weinig stervorming voor en het zou kunnen dat het magnetische veld voorkomt dat het gas door gravitationele collaps inkrimpt. Het zou kunnen dat DLA-3C286 een samensmelting is van twee kleinere stelsels, waarvan beide magnetische velden elkaar na de botsing hebben versterkt. Vandaag verscheen in het vakblad Nature een artikel over de ontdekking.

Voetnoten

Voetnoten
1 B ˜ 84 μGauss om precies te zijn.
Share

Comments

  1. Waar doe je het voor Adrianus?
    Ik vind je stukjes echt super-interessant!
    Wou ik even kwijt.

  2. Hé, dank je. Tsja, waar doe ik het voor. Geen idee, gewoon interesse in ’t ons omringende heelal. Ik moet ’t gewoon effe kwijt. 🙂

  3. Mmmm, sinds het Zeeman effect ook een relatie beschrijft tussen de afstand verschillende objecten onderling (men berekent hiermee ook de afstand tussen aarde-zon aan de hand van de sterkte tussen de sub-niveaus van de magnetische velden) en hier sprake is van een quasar in de achtergrond, kan er hier evengoed een probleem zijn bij de vooronderstellingen van de eigenschappen van (in dit geval) het verste object, de quasar.

    Er is al langer een discussie gaande over roodverschuivingen bij quasars – zijn ze wel te vertrouwen?

  4. Leve Halton Arp 😉

  5. Halton Arp is één van de laatste der Mohicanen zo’n beetje die nog gelooft dat quasars helemaal niet ver weg staan. Dat een batterij nieuwe instrumenten zoals de Kecktelescoop, Hubble en anderen overtuigend hebben bewezen dat quasars op kosmologische afstanden staan, en niet in de voortuin van het Melkwegstelsel, wil er bij Arp (en de familie Burbidge) maar niet in.

  6. Mmmm, sinds het Zeeman effect ook een relatie beschrijft tussen de afstand verschillende objecten onderling (men berekent hiermee ook de afstand tussen aarde-zon aan de hand van de sterkte tussen de sub-niveaus van de magnetische velden) en hier sprake is van een quasar in de achtergrond, kan er hier evengoed een probleem zijn bij de vooronderstellingen van de eigenschappen van (in dit geval) het verste object, de quasar.

    Er is al langer een discussie gaande over roodverschuivingen bij quasars – zijn ze wel te vertrouwen?

  7. 😉 altijd leuk om Arp erbij te halen.

    Quasars blijven lastige dingen – ze kunnen gewoonweg niet goed uitgelegd worden met de huidige modellen.

    De dichtstbijzijnde is 3C273.

    Terwijl men denkt dat de grote stelsels zijn ontstaan door samensmelting van meerdere kleinere stelsels geven quasars zoals 3C273 evenzoveel licht als 100 melkwegstelsels.

    Waar komt al dat licht vandaan, welke processen zijn hier aan ’t werk?

    Niemand die het weet.

  8. Tegenwoordig gaat men er van uit dat quasars de kernen van AGN’s, active galactic nuclei zijn. Die worden qua energieproductie aangedreven door de aanwezigheid van een superzwaar zwart gat, wiens aantrekking een accretieschijf veroorzaakt. Die schijf genereert de enorme hoeveelheid straling die we van quasars zien. Is uiteraard een theorie, maar wel eentje die gestaafd wordt door veel observaties.

Laat een antwoord achter aan Adrianus V Reactie annuleren

*