28 maart 2024

Supernovae kunnen nog beter donkere energie meten

Voorstelling van een type Ia supernova. Creedit: Lawrence Berkeley National Laboratory

In 1998 ontdekte men voor het eerst dat het heelal steeds sneller uitdijt. Deze versnelde expansie wordt door de afstotende donkere energie veroorzaakt en hij werd door twee onafhankelijke teams waargenomen met behulp van verwegstaande supernovae van het type Ia. Dat zijn supernovae waarbij in een dubbelstersysteem een witte dwerg gevoed wordt met materie van een nabije gewone ster en op een gegeven moment overschrijdt de dwergster een kritische massalimiet en dan zegt ‘ie boem. Sterrenkundigen kennen vrij nauwkeurig de absolute helderheid van deze supernovae en daarmee hun afstand tot de aarde. Vandaar dat ze al tientallen jaren als ‘standaard kaars’ worden gebruikt, een soort van ijkmaat voor afstanden. Cruciaal is echter dat ‘vrij nauwkeurig’, want er zat tot nu toe altijd een kleine onzekerheid in, vanwege variatie in de absolute helderheid. Men had al diverse correctiemethoden, maar die waren nooit waterdicht. Een team sterrenkundigen onder leiding van Ryan Foley (Harvard-Smithsonian Center for Astrophysics, VS) schijnt zo’n methode nu wel te hebben gevonden. Het draait om de kleur van de supernovae: de varianten die iets roder zijn schijnen sneller hun buitenlagen uit te werpen, de blauwere gaan iets langzamer. Die kleurverschillen werden tot nu toe toegeschreven aan tussenliggend stof. Foley en maatjes hebben aan de hand van waarnemingen aan meer dan 100 type Ia supernovae aangetoond dat een deel van de kleurverschillen intrinsiek zijn, d.w.z. te maken hebben met de supernova zelf en niet met stofwolken. En daarmee kan men nog nauwkeuriger dan voorheen de afstand van de supernova tot de aarde bepalen. Door het onderzoek van Foley et al kan men de donkere energie nog beter bestuderen, het mysterieuze spul dat ruim 70% van het heelal vormt. Bron: CfA.

Share

Speak Your Mind

*