Neutronenster en quarkster. Credit: NASA/CXC/M.Weiss.
Tamelijk exotisch klinkende titel, nietwaar? Magnetars wel eens van gehoord, zal wel iets met magnetische sterren te maken hebben. Quarksterren? Vast en zeker sterren die uit quarks bestaan. En die beiden zullen wel iets met elkaar te maken hebben. M’n zoekmachine is eventjes stuk, dus ik zal niet verwijzen naar eerdere blogjes over magnetars, maar ze zijn inderdaad magnetisch. En ze zijn inderdaad erg exotisch, want een normale verklaring voor hun gedrag is nog niet gevonden. Magnetars zijn een soort neutronenster, een bijzonder geval wel te verstaan dankzij hun enorm sterke magnetische veld. Gewone sterren hebben ook een sterk magnetisch veld, welke een overblijfsel is van de ster die ooit lang geleden als supernova ontplofte. Magnetisch veld en draaiimpuls van die ster blijven behouden, dus de neutronenster neemt het allemaal over. Omdat de neutronenster een stuk kleiner is (˜ 30 km) dan de voorganger draait ‘ie véél sneller rond en is z’n magnetische veld veel krachtiger geworden. Maar een magnetar is qua magnetische kracht nog véél krachtiger. Dat kan niet verklaard worden uit de eigenschappen van de ster die een supernova werd. Vandaar dat er vorige week op de AAS-bijeenkomst in Long Beach de nodige discussies waren over neutronensterren die op een gegeven moment een fase van quarkster beleven. Het was met name Denis Leahy (Universiteit van Calgary in Canada) die met z’n praatje over
Delayed Magnetic Field Amplification in Magnetars aandacht trok. Volgens Leahy moet je onderscheid maken tussen neutronensterren, wiens massa boven
de limiet van Chandrasekhar (1,44 zonmassa) uitkomt, en quarksterren die nog zwaarder zijn. Neutronensterren zitten met hun massa onder
de Oppenheimer-Volkofflimiet (˜ 3 zonmassa’s). Daarboven kunnen zelfs de neutronen de gravitatiekracht niet weerstaan en breken ze uiteen in hun afzonderlijke delen, de quarks. Dan heb je dus een quarkster, die daarmee het zwaardere maar ook kleinere broertje is van de neutronenster (zie afbeelding). Volgens Leahy kan in sommige situaties van quarksterren, waarbij er sprake is van ultrahoge dichtheden , het verschijnsel optreden dat
kleur ferromagnetisme wordt genoemd. Daarbij wordt het magnetische veld vele malen versterkt en daardoor ontstaat een magnetar. Leahy denkt dat waarnemingen aan supernovae in sommige gevallen een tweede explosie te zien moeten geven, dat wijst op een neutronenster die veranderd is in een quarkster. En daar zou dan weer een magnetar uit kunnen ontstaan. Volgen jullie het nog? 😉 Bron:
Astro-Engine.