Impressie van M33-X7. Credit: Illustration: NASA/CXC/M.Weiss; X-ray: NASA/CXC/CfA/P.Plucinsky et al.; Optical: NASA/STScI/SDSU/J.Orosz et al.
De Utrechtse sterrenkundepromovenda Selma de Mink heeft een verrassend simpele verklaring gevonden voor
het zware zwarte gat in de nauwe dubbelster M33-X7, dat veel zwaarder is dan standaard-stermodellen kunnen verklaren. De Mink heeft gekeken naar de mengprocessen in dergelijke snel roterende, zeer nauwe dubbelsterren en concludeert dat dáe ervoor zorgen dat de dubbelsterren niet uitzetten, maar klein blijven, geen massa aan elkaar overdragen en op gewicht blijven. Haar bevindingen worden binnenkort gepubliceerd in het vakblad
Astronomy & Astrophysics, waarvoor ze samen met enkele collega’s
een artikel heeft geschreven. Het zwarte gat in M33-X7 in de Driehoeksnevel in het sterrenbeeld Driehoek (Triangulum) is het op een na zwaarste stellaire zwarte gat dat bekend is , en stelde sterrenkundigen voor een raadsel. Alleen als de ster waaruit het zwarte gat is gevormd, geen massa zou hebben verloren, zou de massa kunnen worden verklaard. Maar dat correspondeert niet met de modellen die voorspellen dat een ster met een begeleider op zo’n korte afstand juist extra veel massa verliest door zwaartekrachtsinvloeden. “We waren zeer verrast toen we ontdekten dat menging door rotatie in dubbelsterren zulke grote gevolgen kan hebben”, licht De Mink toe. “Dubbelsterren zijn ingewikkelde systemen. Binnen de snel roterende sterren spelen zich complexe mengprocessen af.” De Minks promotor prof. dr. Norbert Langer noemt het resultaat “veelbelovend” en hoopt dat met deze nieuwe code ook raadsels rond andere dubbelsterren waarin een zwart gat en een gewone ster om elkaar heen draaien, kunnen worden opgelost. Kortom,
roeren en nog eens roeren heeft in dit geval de oplossing geboden. 😀 Bron:
NOVA.