28 maart 2024

Superzware zwarte gaten zijn 99% van de tijd inactief

Twee door Chandra en SDSS waargenomen sterrenstelsels. Credit: X-ray: NASA/CXC/Northwestern Univ/D.Haggard et al, Optical: SDSS

Middels een onderzoek aan maar liefst 100.000 sterrenstelsels hebben sterrenkundigen ontdekt dat de superzware zwarte gaten in de centra van sterrenstelsels 99% van de tijd inactief zijn, zeg maar liggen te pitten. In het onderzoek, genaamd het Chandra Multiwavelength Project, oftewel ChaMP, keek men zowel in röntgenlicht (blauw in de foto) als optisch licht (rood, geel en wit) naar die sterrenstelsels. De röntgenwaarnemingen werden met de satelliet Chandra van de NASA gedaan, de optische gegevens kwamen uit de Sloan Digital Sky survey (SDSS). Bij het onderzoek werd onderscheid gemaakt tussen sterrenstelsels die deel uitmaken van een cluster, zoals Abell 644 links op de foto, en sterrenstelsels die compleet ‘alleen’ zijn, ook wel veldsterrenstelsels genoemd, zoals SDSS J1021+1312 rechts. De eerste ligt 920 miljoen lichtjaar van ons vandaan, de tweede een ‘onsje’ verder, 1,1 miljard lichtjaar. In beiden bevindt zich een superzwaar zwart gat, dat miljoenen of zelfs miljarden zonmassa’s zwaar kan zijn. Als zo’n zwart gat gevoed wordt met gas van bijvoorbeeld een nabije gaswolk of van een ster, kan dat gas verhitten en röntgenstraling uitzenden. De kern van het sterrenstelsel wordt dan een AGN, een ‘active galactic nucleus’. Wat blijkt uit ChaMP: dat slechts in 1% van de gevallen zo’n zwart gat uit z’n slaap wordt gewekt en actief wordt. Daarbij is er geen onderscheid tussen sterrenstelsels in clusters en veldsterrenstelsels. Wel blijken AGN’s vaker voor te komen in zware sterrenstelsels. Ook blijkt het aantal AGN’s met het verstrijken van de tijd steeds minder vaak voor te komen. Kennelijk neemt geleidelijk de beschikbare hoeveelheid gas af en kunnen de kosmische Gargantua’s minder gevoed worden. Bron: Chandra.

Share

Speak Your Mind

*