In 2009 ontdekten onderzoekers dat er een variatie zit in het op Mars waargenomen methaan, zowel qua tijd als plaats. De waarneming van de variatie in het methaan in de Marsatmosfeer kwam zowel van telescopen op aarde, zoals de W. M. Keck telescoop op Hawaï, als van de Europese Mars Express, een sonde die sinds Eerste Kerstdag 2003 om Mars draait. Een aantal onderzoekers onder leiding van Kevin Zahnle heeft onlangs die waarnemingen uit 2009 tegen het licht gehouden en geconcludeerd dat er hoogstwaarschijnlijk helemaal geen methaan in de atmosfeer van Mars zit, maar dat het gaat om methaan dat in de aardse atmosfeer zit. De variatie in het methaan deed in 2009 het nodige stof opwaaien, want iets dergelijks zou door biologische activiteit kúnnen worden veroorzaakt – hetgeen bij de NASA betekent alle seinen op rood. Maar variatie in de methaanhoeveelheid betekent ook dat er afname plaatsvindt en dá t vonden Zahnle en collegae onbegrijpelijk. Er is namelijk geen mechanisme bekend dat methaan doet afnemen. Het methaan zou eeuwenlang in de atmosfeer ’te zien’ moeten zijn. Onderzoek aan de verschuiving van de methaanlijn in het spectrum heeft Zahnle et al laten zien dat de aardse telescopen gewoon gekeken hebben naar methaan in de aardse dampkring. En dus is die variatie een verschijnsel dat slechts plaatsvindt in onze eigen dampkring. Maar wat heeft de Mars Express dan gezien? Die satelliet zat – zo betogen de onderzoekers – met z’n waarnemingen op de rand van zijn kunnen en bovendien was er vermoedelijk verstoring door waterdamp in de atmosfeer van Mars. Kortom, noppes methaan op Mars, noppes biologische oorsprong. Bron: NRC-Handelsblad, 12 februari 2011.
Speak Your Mind