Vrij onverwachts kreeg de zeskoppige bemanning van het internationale ruimtestation ISS vanmorgen van de vluchtleiding op aarde te horen dat ze zo snel mogelijk moesten schuilen in de twee Sojoez-capsules die aan het ISS gekoppeld zijn. Drie astronauten kropen vlug in de Sojoez TMA-21, drie anderen zochten de beschutting van de Sojoez TMA-02M op. Oorzaak van dit alles: een stuk ruimtepuin dat binnen de ‘gevarenzone’ rondom het ISS dreigde te komen, een rechthoek in de vorm van een pizzadoos, die zich 0,75 km boven en onder het ISS uitstrekt en 25 km naar voor- en achterkant en de zijkanten. Om 14.08 uur Nederlandse tijd bleek het ruimtepuin inderdaad ruimschoots de gevarenzone te zijn binnengetrokken en uiteindelijk vloog ‘ie 243 meter langs het ISS. Toen het sein veilig werd gegeven konden de zes astronauten weer terug naar het ISS. Als men op aarde vroeg genoeg in de gaten krijgt dat een risicovol stuk ruimtepuin er aan komt kan men het ISS naar een andere hoogte dirigeren, om zodoende het naderende brokstuk te ontwijken. Maar daar was dit keer geen tijd voor en dus koos men de vluchtroute. Het ISS is in het verleden wel eens geraakt door kleine stukjes ruimtepuin, maar dat leverde geen noemenswaardige schade op. Men denkt dat het ISS bestand is tegen brokstukken van 1 cm doorsnee maximaal. Hoe groot het ruimtepuin van vandaag was weet ik niet – nóg niet. Bron: Universe Today.
Die 1 cm is nogal relatief.
Een aankoppelende sojuz veroorzaakt immers ook geen schade (als het goed is)
Het heeft allemaal te maken met massa en sneheidsverschil
Ja, da's juist. Het zal wel een soort combinatie zijn van potentiële en kinetische energie van een object dat de mate van impact bepaald.