Site pictogram Astroblogs

De super-zonnestorm van 1859

Richard Carrington en de door hem geschetste zonnevlek waaruit de super-zonnestorm van 1859 tevoorschijn kwam. Credit: Richard Carrington

Naar aanleiding van de zonnestorm die maandagochtend door de zon werd uitgebraakt en die gisteren in Noord-Europa voor prachtige taferelen van Noorderlicht zorgde is er veel discussie gaande over de vraag welke schadelijke gevolgen zo’n storm voor de aarde heeft. Ik zag gisteravond de bekende wetenschapsjournalist Govert Schilling bij Paauw en Witteman en daar legde hij op kundige en begrijpelijke wijze uit wat zo’n storm precies is en welke effecten het kan hebben. Hij noemde daarbij de zonnestorm van 1859, die de boeken in is gegaan als de grootste zonnestorm die we hebben waargenomen. Goed om even bij die superstorm – die ook wel bekend staat als de Carrington Super Flare – stil te staan. In 1859 was de tiende cyclus van zonneactiviteit gaande [1]anno 2012 zitten we in de 24e cyclus, geteld vanaf de 1e, die was in 1755. en van 28 augustus tot 2 september waren diverse grote zonnevlekken zichtbaar, die waargenomen werden door Richard Christopher Carrington, een Engelse amateur-sterrenkundige. Op 1 september zag hij een reusachtige zonnevlam, die een grote wolk gasdeeltjes de ruimte in blies, iets wat we tegenwoordig een Coronal Mass Ejection (CME) noemen. 18 uur later kwam de storm al bij de aarde aan, hetgeen zeer snel is. Een eerdere CME had de weg min of meer vrijgebaand voor deze CME.

Credit: NASA/JPL

Op 1, 2 en 3 september was wereldwijd aurora [2]Aurora Borealis op het noordelijk halfrond, ook wel Noorderlicht genoemd, Aurora Australis op het zuidelijk halfrond. te zien en dat moet daverend zijn geweest om te zien. Normaal is aurora beperkt tot de hogere breedtegraden, maar die dagen was het zelfs in het Carïbisch gebied te zien. Mijnwerkers in de VS die ’s nachts buiten waren konden door het licht van de aurora de krant lezen. Naast mooie taferelen waren er ook schadelijke effecten van de superstorm. De electromagnetische straling zorgde er bijvoorbeeld voor dat het communicatieverkeer – dat toen nog via de telegraaf verliep, het internet van die tijd – ernstig werd verstoord. Medewerkers van de telegraaf kregen soms schokken, sommige telegraafpalen gaven vonken af of vlogen in brand en sommige telegrafen bleven maar signalen doorgeven, terwijl de stroom was afgesloten. Grote vraag is natuurlijk wat er zou gebeuren als een dergelijke zonnestorm vandaag de dag zou gebeuren en de aarde zou treffen. Vorig jaar wijdde National Geographic er een artikel aan en samengevat komt het er op neer dat zo’n storm catastrofaal voor ons communicatieverkeer kan zijn. Satellieten die voor communicatie zorgen zouden ernstig verstoord raken, inclusief de GPS-satellieten die voor de navigatie zorgen. Ook zouden energiecentrales kunnen uitvallen, zoals in 2003 in Quebec gebeurde, en er kan daarin een soort van kettingreactie ontstaan, waarbij de een na de andere centrale uitvalt. De centrales kunnen daardoor geen electriciteit leveren en wat dat voor allesomvattend effect heeft kan je zelf wel raden.  Afijn, de zonnestorm van afgelopen maandag moeten we maar als een goede waarschuwing zien. In 2013 zal de zon in de 24e cyclus zijn maximum meemaken en dan zóu zo’n grote zonnestorm á la de Carrington Super Flare mogelijk zijn. Het wordt dringend tijd dat verantwoordelijken maatregelen nemen om zo´n storm te kunnen weerstaan. Werk aan de winkel! Bron: Wikipedia.

Voetnoten

Voetnoten
1 anno 2012 zitten we in de 24e cyclus, geteld vanaf de 1e, die was in 1755.
2 Aurora Borealis op het noordelijk halfrond, ook wel Noorderlicht genoemd, Aurora Australis op het zuidelijk halfrond.
FacebookTwitterMastodonTumblrShare
Mobiele versie afsluiten