Astronomen worstelen al enige tijd met een mysterie. De hemel is namelijk gevuld met een diffuse infraroodgloed, waarvan de herkomst onbekend is. Er wordt namelijk meer infraroodlicht waargenomen dan mogelijk zou moeten zijn, gelet op het aantal bekende sterrenstelsels. Er zijn meerdere verklaringen voorgedragen voor dit “infrarood-overschot” . Het zou kunnen gaan om verre sterrenstelsels die onzichtbaar zijn in zichtbaar licht. Het zou ook kunnen gaan om nabije sterrenstelsels die uiterst lichtzwak zijn in zichtbaar licht. Beide verklaringen zijn echter niet waarschijnlijk, zo blijkt uit waarnemingen die zijn verricht met de infrarood-ruimtetelescoop Spitzer. Nu is een team van astronomen met een alternatief gekomen.Volgens de onderzoekers is de infaroodgloed wel degelijk afkomstig van sterren – alleen niet van sterren die zichtbaar zijn. Het is een bekend feit dat sterrenstelsels omringd worden door een ‘halo’ van donkere materie. Volgens de onderzoekers zou deze halo helemaal niet donker kunnen zijn. Het zou namelijk kunnen wemelen van de sterren in de halo! De onderlinge afstand tussen deze sterren is echter zo groot, dat het zichtbare licht van de sterren helemaal wegvalt tegen de donkere achtergrond – in tegenstelling tot bv. de schijf van de Melkweg.
Maar hoe komen die sterren daar terecht? Wel, het is een bekend feit dat sterrenstelsels regelmatig met elkaar in botsing komen. Als dat gebeurt, wordt een deel van de sterren de halo ingeslingerd. Ook kan een kleine hoeveelheid gas in de halo terecht komen. Computersimulaties wijzen uit dat op sommige plaatsen de dichtheid groot genoeg kan zijn voor de vorming van een klein aantal sterren.Uit de simulaties blijkt verder dat ongeveer één op de duizend sterren zich kunnen ophouden in de halo’s van sterrenstelsels. Dat is veel meer dan voorgaande schattingen hebben uitgewezen. Het zijn deze sterren die de zwakke, uniforme infraroodgloed veroorzaken. De simulaties laten verder zien die in dichtbevolkte clusters van sterrenstelsels het percentage halosterren veel groter zou kunnen zijn: meer dan 20 procent van het geheel. Waarnemingen van dichte clusters van sterrenstelsels laten inderdaad een veel krachtiger infraroodgloed rond de sterrenstelsels zien. Bron: University of California .
Speak Your Mind