De wijk waarin de zon zich bevindt, heeft zojuist meer respect afgedwongen. De zon bevindt zich in de zogenaamde Lokale Arm, een relatief kleine spiraalarm tussen twee grotere spiraalarmen in. Nu hebben de scherpe radio-ogen van de Very Long Baseline Array uitgewezen dat de Lokale Arm groter is dan geacht en mogelijk een belangrijke structuur vormt van de Melkweg.
Het vaststellen van de structuur van ons eigen sterrenstelsel is altijd problematisch geweest, omdat wij ons immers binnen deze structuur bevinden. Als we de Melkweg in kaart willen brengen, moeten we de afstand tot kosmische objecten zeer precies meten. Het meten van kosmische afstanden is echter eveneens een lastige zaak, hetgeen leidt tot een grote onzekerheid in de werkelijke afstand.
Hoewel astronomen het met elkaar eens zijn dat de Melkweg een spiraalstelsel is, zijn ze het niet met elkaar eens als het gaat over hoeveel spiraalarmen de Melkweg heeft. Gelukkig bied de VLBA uitkomst: met dit apparaat kan de afstand tot objecten uiterst precies bepaald worden. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van een eeuwenoude truc: parallax.
Met behulp van deze methode heeft men de verspreiding van masers in de Melkweg in kaart gebracht. Masers zijn stervormingsgebieden waarin water- en methanolmoleculen radiogolven versterken op dezelfde manier als een laser lichtgolven versterkt.
Een opmerkelijk gevolg hiervan is de status van onze Lokale Arm. We bevinden ons tussen twee belangrijke spiraalarmen in, namelijk de Sagittarius-arm en de Perseus-arm. Voorheen dachten astronomen dat de Lokale Arm een kleine “afsplitsing” vormde, of meer een “brug”, tussen beide grote spiraalarmen in. Nu blijkt echter dat de Lokale Arm veel groter is en een belangrijke structuur moet zijn in het algehele plaatje van de Melkweg.