Site pictogram Astroblogs

Over Sedna, 2012 VP113 en… die andere planeet

De Kuipergordel en Oortwolk in de buitenregionen van het zonnestelsel. Credit: ESA

De bekendmaking gisteren van de ontdekking door Chad Trujillo en Scott Sheppard van het TransNeptunische object (TNO) dat de verst bekende periheliumafstand tot de zon heeft, 2012 VP113 genaamd, heeft heel wat stof doen opwaaien. Niet zozeer vanwege het feit dat 2012 VP113 in zijn sterk elliptische baan minstens 80 Astronomische Eenheden, da’s zo’n twaalf miljard km, van de zon af staat, maar wel vanwege het feit dat in het persbericht dat de NASA over de ontdekking publiceerde te lezen valt dat 2012 VP113 en Sedna – da’s een andere TNO, in 2003 ontdekt door Mike Brown – een vreemde baan hebben, die mogelijk is beïnvloed door de aanwezigheid van “een tot nu toe nog niet waargenomen planeet, die mogelijk tien keer de omvang van de aarde heeft“. En dat is nieuws dat we best wel opmerkelijk mogen noemen. Vandaar dat het goed is om in aanvulling op mijn blog van gisteren over de ontdekking van 2012 VP113 – door de ontdekkers ook wel VP of ‘Biden’ genoemd, naar de Amerikaanse Vice-president – nog even wat verder in te gaan op het nieuws.In de afbeelding bovenaan zie je het zonnestelsel, met daarin de afstand tot de zon logaritmisch weergegeven. 1 AE is de afstand tussen de aarde en de zon, 149 miljoen km gemiddeld. Behalve de planeten en dwergplaneet Pluto zie je ook de planetoïdengordel tussen Mars en Jupiter aangegeven, de Kuipergordel vanaf Pluto, het binnenste gedeelte van de Oortwolk én met een streepje de periheliumafstand (links) en apheliumafstand (rechts) van Sedna en 2012 VP113. Zoals gezegd komt 2012 VP113 nooit dichter bij de zon dan zo’n 80 AE, z’n apheliumafstand is 450 AE. Hieronder zie je een kaart met daarin de banen van drie TNO’s, Sedna, Eris en 2012 VP113, in rood de baan van Pluto en lichtblauw die van Neptunus.

(Credit: Unmannedspaceflight.com user Lucas)

Je ziet gelijk dat Sedna een omloopbaan om de zon heeft, die ‘m nog veel verder weg brengt dan 2012 VP113. In z’n perihelium staat Sedna 76 AE van de zon, op dit moment is z’n afstand 88 AE en z’n apheliumafstand is maar liefst 943 AE – niet voor niets dat ‘ie een gigantische omlooptijd van 11.500 jaar heeft. Sinds z’n ontdekking in 2004 was Sedna best wel een vreemde eend in de TNO-bijt, gezien z’n vrij uitzonderlijke baan om de zon, maar met de ontdekking van 2012 VP113 blijkt hij niet de enige te zijn en dat is voor de sterrenkundigen eigenlijk een opluchting. Voor de zeer excentrische banen van Sedna en 2012 VP113 worden enkele verklaringen genoemd en die zijn behalve de aanwezigheid van een tot nu toe onbekende planeet, een ster die tot een afstand van een paar honderd AE voorbij de zon is gevlogen en het ontstaan van het zonnestelsel in een sterrenhoop. Emily Lakdawala van de Planetary Society heeft een animatie gemaakt, waarin je de positie en baan van Sedna en 2012 VP113 ziet en wat opvalt is dat ze op dit moment vlakbij elkaar staan.

Credit: NASA / JPL Small-Body Database Browser / animation by Emily Lakdawalla

Er is verwarring over de vraag of deze twee TNO’s nou wel of niet deel uitmaken van de Oortwolk, een door onze landgenoot Jan Oort geopperde wolk van vele miljarden komeetachtige objecten rondom ons zonnestelsel, op afstanden van ongeveer 3.000 tot 100.000 AE. Trujillo en Sheppard denken dat Sedna en 2012 VP113 gelegen zijn in het binnenste gedeelte van de Oortwolk, maar dat komt niet overeen met de genoemde kleinste afstand tot de zon van 3000 AE, dat veel verder weg is dan de afstanden van het tweetal. Op grond van de relatieve nabijheid op dit moment van Sedna en 2012 VP113 – uitgedrukt in het zogenaamde baanelement ? dat de hoek aangeeft tussen het periheliumpunt in de baan en het punt waar ze het eclipticavlak kruisen, 311° en 293° voor Sedna resp. 2012 VP113 – komen Trujillo en Sheppard in het vandaag gepubliceerde artikel in Nature met de volgende verklaring: “a massive outer Solar System perturber that restricts ? for the inner Oort cloud objects.”  Dat zou volgens hen een super-Aarde kunnen zijn van zo’n tien aardmassa, die zich rond 250 AE afstand van de zon zou bevinden. Andere sterrenkundigen zijn er niet van overtuigd dat de banen wijzen op een planeetachtige verstoorder. Hier zal het laatste nog niet over gezegd zijn, denk ik zo. Enkele weken geleden maakte de NASA iedereen die het maar wilde weten erop attent dat op basis van infraroodwaarnemingen met de WISE satelliet een planeet X werd uitgesloten, maar dat had betrekking op gasplaneten ter grootte van Saturnus of Jupiter. Super-Aardes werden dus niet uitgesloten. Bron: Planetary Society.

FacebookTwitterMastodonTumblrShare
Mobiele versie afsluiten