Bijzondere flitsen van gammastraling die afkomstig zijn vanuit de galactische kern, worden niet veroorzaakt door donkere materie-deeltjes, zo blijkt uit onderzoek. Bij voorgaande studies is gesuggereerd dat gammastraling dat geproduceerd wordt in dichtbevolkte regio’s van de ruimte (zoals de galactische kern, waar het wemelt van de sterren, pulsars en zwarte gaten) wellicht afkomstig zou kunnen zijn van donkere materie-deeltjes die elkaar annihileren. Daar blijkt geen sprake van te zijn: het waargenomen signaal is nogal afwijkend ten opzichte van het signaal dat je zou verwachten als deeltjes van donkere materie met elkaar in botsing komen. Het gaat hierbij vooral om zogenaamde WIMP’s – weakly interacting massive particles. Dit soort deeltjes vormen een belangrijke kandidaat voor donkere materie en zouden volgens de theorie gammastraling moeten produceren als ze met elkaar in botsing komen. Zo’n signaal zou vrij gelijkmatig verdeeld moeten zijn over de pixels van de Fermi Gamma-ray Telescope, die gebruikt is om het gammasignaal te detecteren. In plaats daarvan blijken de gammaflitsen tevoorschijn te komen in de vorm van geïsoleerde, heldere pixels. In dat geval is de bron van die straling dus geen wolk van donkere materie, maar iets compacters. Wat dan wél is niet bekend, maar de betrokken onderzoekers gokken dat snel roterende sterren die millisecondepulsars genoemd worden wellicht de boosdoeners zijn. Bron: Phys.org.