28 maart 2024

Arp 270…ofwel..to boldly go where……

Arp 270 in het sterrenbeeld Leo Minor

deze astroknakker in elk geval nooit had gedacht dat ie hier ooit nog  zou durven en zo  nu blijkt ook zou kunnen te gaan!!
Ziet U, als het gaat om “objectenlijstjes” met daarin weergegeven “fuzzy blobs” die geschikte doelwitten zijn voor de gemiddelde huis, tuin en keuken amateur-astronoom, dan is het lijstje van ene fransman by the name of Charles Messier natuurlijk koning, keizer, heer en meester…en dat terwijl in dit lijstje van 110 fuzzy blobs er best wel genoeg objecten te vinden zijn die echt absoluut niet makkelijk zijn
als het gaat om de waarneembaarheid danwel de fotografeerbaarheid….
Tevens moge het ook gevoegelijk bekend zijn dat Messier zijn lijstje niet heeft samengesteld omdat hij nou zo’n diepe interesse had in al die prachtige “fuzzy blobs”, integendeel, hij was eerst en vooral een kometen-jager…en alleen  omdat ie..eh.. een behoorlijk natte zak had gekregen van al die verwarrende Nep-kometen heeft hij die, nu zo beroemde, Messierlijst bij elkaar geharkt.
Slechts en alleen omdat de Messier-lijst is nu eenmaal het eerste lijstje is,  is het dus het meest bekende en meest gebruikte deep sky objectenlijstje in “amateursterrenkunde-land”.

Er zijn echter nog veel en veel meer van dit soort lijstjes.  Na de Messierlijst is de zogenaamde New General Catalogue, meestal afgekort als “de NGC-lijst” de meest bekende.
De NGC-lijst, met zo’n dikke 10 000 objecten, is vooral het werk geweest van de Herschel-familie, Vader William, zoon John en oh ja..en laten we vooral toch  de “unsung heroine of the deep sky” Caroline Herschel, zus van William, niet vergeten!!!
Deze catalogus is later nog verder uitgebreid met de zogenaamde “Index Catalogus”, de IC-catalogue.
Aangezien in de de professionele sterrenkunde de Messierlijst vanwege zijn bescheiden 110 objecten niet echt bruikbaar (meer) is, zijn alle Messier-objecten ook in de NGC-catalogus opgenomen en is bijvoorbeeld Messier 61 (onderwerp van mijn vorige blogje), zeker in de professionele sterrenkunde-wereld misschien nog wel beter bekend als NGC 4303!

Er bestaat in “amateursterrenkunde-land” nog steeds best wel een zekere vorm van angst en ongemak als het gaat om eens een objectje uit de NGC-lijst op de korrel te nemen….enne…ja natuurlijk zitten er soms heus wel
hele lastige kleine, zwakke moeilijk vindbare objecten bij…maarre…over het algemeen zijn de meeste objecten in de NGC-lijst eigenlijk best wel “goed genoeg te hoegen”, zeker met een 20cm/plus telescoop en al helemaal als die “teletoeter” zijn werk mag doen op een GoTo-montering! Ofwel…weg met die “NGC-vrees”!

Maar ja…..we zijn er nog niet….er zijn namelijk nog veel meer en vooral nog veel exotischer lijstjes in de (professionale)sterrenkunde-wereld.
De Sharpless-lijst (Sh2), de Cederblad-lijst (Ced) en de Van den Bergh-lijst (vdB) voor de emissie-nevels. De Collinder (Cr) en de Trumpler-lijst (Tr) voor opensterrenhopen…Lynds (LDN) en Barnard (B) voor donkere nevels, de Perek-Kohoutek-lijst (PK) voor planetaire nevels en tenslotte, nu inzoomend
op het onderwerp van dit verhaal bijvoorbeeld de Hickson-lijst en de Arp-lijst, betreffende melkwegstelses en clusters van melkwegstelsels.
En dan hebben we het hier alleen nog maar over de lijstjes/catalogie betreffende de zogenaamde niet stellaire objecten, ook wel aangeduid met de kreet deep sky objects. De afkortingen tussen de haakjes zijn de (verkorte)
aanduidingen zoals je deze objecten tegen kunt komen op al dan niet digitale sterrenkaarten, tussen de “gewone Messier, NGC en IC-objecten”.
Voor zogenaamde stellaire objecten, dubbelsterren, variabele sterren en natuurlijk ook de gewone “huis, tuin en keuken-sterren bestaan er ook een bijkans onnoemelijke hoeveelheid aan catalogie, atlassen…etc..etc..Vroegah gemaakt met behulp van aardse telescopen, tegenwoordig vet en royaal “aangevuld” met data van ruimte-observatoria….enne…als ik er daar dan toch eentje van met naam en toenaam moet noemen, dan is toch wel de eind 2016 verschenen “gaia billion starmap” van ESA’s GAIA ruimtetelesccop.

Maar goed dit alles terzijde… en nu weer rap terug naar de dagelijkse (nachtelijkse) amateur astrofotografie-praktijk, want het kan dus betreffende de waarneemobject-keuze voor de amateur astronoom nog een heel stuk gekker en exotischer dan het “standaard Messier en NGC-werk”!
Zie in dit geval het fotomodel c.q. onderwerp van dit astroblogje, te weten een tweetal botsende melkwegstels,
NGC 3395 & NGC 3396, die vanwege hun vreemde vorm, ontstaan als gevolg van het feit dat ze “op ramkoers” met elkaar liggen, zijn opgenomen in de 1966 door ene (omstreden..maar da’s weer een verhaal op zich) Halton Arp samengestelde “Allas of Peculiar Galaxies”.
Deze atlas bestaat uit uit 338 Lelijke Eendjes (Hmmm…zucht…smelt!!!) uit de hemelse dierentuin der melkwegstelsels.
In deze atlas heeft het onderwerp mijner astrofotografische lusten nummertje 270….enne….ik heb dit object uitgekozen omdat ik er puur toevallig een leuk en vooral bemoedigend stukje over tegenkwam in mijn alltime favo UK astromagzine “Astronomy now”.

Nog twee redenen om deze astro-exoot op de korrel te willen nemen zijn ten eerste het, al eerder in mijn blogje over M61 aangehaalde,  feit dat er nu eenmaal aan de lente-sterrenhemel eigenlijk alleen maar melkwegstelsels op het menu staan.
De tweede reden is het almaar nijpender wordende “probleem” dat je na een paar jaarjes astrofotografie zolangzamerhand wel alle grote, heldere “spetter-objecten” hebt gefotografeerd. Dientengevolge word je als het
ware gedwongen, wil je steeds maar weer iets nieuws fotograferen, om je astroheil te gaan zoeken in de wat meer exotische c.q. niet zo bekende/populaire objecten…oeps!

Enne……eigenlijk is dat toch best wel verrekte lollig omdat er soms van die totaal onverwacht leuke en spetterende verrassingen tussen blijken te zitten…zoals, naar mijn bescheiden mening althans, deze twee fraaie
intergalactische interacterende objecten….want..eh…ik vind het, al zeg ik het zelf,  echt een heel cool en gaaf plaatje, hoor!!!
Zeker als je ook nog eens te weten komt wat je eigenlijk hebt gekiekt tijdens zomaar een zo’n heerlijke warme lente-waarneemavond in de immer schone omgeving der Dordtse Biesbos.

Arp 270 zijn twee (balk)spiraalstelsels, gelegen op zo’n 22 megaparces (is 22 x 3,26= net iets mee dan 70 lichtjaar) afstand van Moeder Aarde in de richting van het sterrenbeeld de Kleine Leeuw (Leo Minor). Deze twee interacterende melkwegstelsels zijn net begonnen aan hun tweede rondedans om elkaar heen, om uiteindelijk na nog een paar van die “close encounters of the galatic kind” met elkaar te versmelten tot zoiets als een groot “supermelkwegstelsel”. Hmmmm….klinkt dat scenario niet een beetje erg bekend in de oren…want..eh…da’s nou precies hetzelfde proces welke we over een jaarje of drie miljard “zelf” gaan meemaken, wanneer de Andromeda-nevel en ons eigen melkweg met elkaar gaan interacteren om ook
uiteindelijk samen te smelten. Eigenlijk zou onze melkweg samen met de Andromeda-nevel ook zo’n kek “Arp-nummertje” moeten krijgen!!.
Ofwel….als we naar Arp 270 kijken, dan zien we min of meer onze eigen toekomst.  Maar goed…voor ons is het nog niet zover, echter bij Arp 270 is het feestje dus wel net begonnen.

Het “maffe/opmerkelijke” bij botsende melkwegstelsels is dat je ene grote spectaculaire mega-orgie van,  met groot explosief geweld,  op elkaar kleunende sterren zou verwachten, bij het in ogenschouw nemen van die enorme hoeveelheden sterren waaruit melkwegstelsels nu eenmaal zijn opgebouwd.
Niets is echter minder waar, sterbotsingen zijn, hoe onwerkelijk dit ook moge aanvoelen, zelfs bij dit soort van groteske “galactic mergers” een zeldzaamheid. Daarvoor zijn de afstanden tussen de onderlinge sterren toch nog veels te groot.
Als melkwegstelsels botsen, dan gaan ze wat de sterren betreft heel simpel gewoon “geruisloos” door mekaar heen.
Wat de sterren betreft is de invloed van hun onderlinge gravitatie de grootste “keetschopper”. Als sterren dicht bij elkaar komen verandert dat hun banen en snelheden.
Sterren kunnen veranderen in zogenaamde ” run away stars”,  sterren die nadat ze een gravitationele “oplawaai” van een andere ster (of sterren) hebben gekrijgen met hoge snelheden worden weggekattapulteerd de intergalactisch ruimte in.
Wat ook kan gebeuren is dat hele (grote) hoeveelheden sterren van het ene melkwegstelsel in lange sliertvormige structuren achter het, net dichtbij gepasseerde, andere melkwegstelsel aan de intergalactische ruimte in worden gesleurd.
Beide processen zijn bij Arp 270, zij het nog op bescheiden schaal, al aan de gang.

Wat daarintegen wel “grote galactische bots-herrie” veroorzaakt, dat zijn de grote (waterstof)gas wolken waar er heel veel van zijn in melkwegstelsels.
De waterstofwolken van melkwegstelsels die in een samensmeltingsproces zijn verwikkeld, die kleunen dus wel met vet geweld op elkaar…en op die plekken vind dan op een grotesk explosieve manier stervorming plaats.
Melkwegselsels die zich in deze fase bevinden noemen ze “Starburst galaxies”. Messier 82, het niet geheel onbekende zogenaamde ” cigar-galaxy” in de Grote Beer is na interactie met het nabijgelegen Messier 81 een starburst galaxy geworden.

De melkwegstelsels die Arp 270 vormen zijn wat dit verschijnsel betreft nog in hun “pre starburst fase”…en datzelfde geldt ook voor wat betreft het “opstoken hunner beider superzware zwarte gaten” die, zoals dat nu algemeen ge-accepteerd aan het geraken is, in de centra van alle melkwegstelsels te vinden zijn.
Recentelijk is met de 4.2 meter William Herschel telescoop op…(snik…het sterlicht-overgoten..eh..behalve als ik daar een weekie vakantie zit te vieren…grrr) La Palma spectroscopisch onderzoek uitgevoerd aan de bewegingsrichtingen en snelheden van die eerder aangehaalde waterstofwolken.
Dit onderzoek lijkt  aan te tonen dat naast dit prille starburst-gedoe  zich er in de kern van NGC 3396 ook nog  een zogenaamde “Shrouded AGN”…..(een (nog) verstopte actieve galactische Nucleus) moet te bevinden.

NGC 3396 is trouwens op mijn plaatje het “streepvorminge vlekkie”.
NGC 3396 is bezien vanuit ons aardse gezichtspunt een zogenaamde “edge on galaxy”,  een melkwegstelsel die we van de zijkant bekijken.
NGC 3395…dat vlekkie met die krul…is danweer een zogenaamde ” face on galaxy”,  zijnde een melkwegstelsel die we van bovenaf mogen bewonderen.

Een “shrouded AGN” is melkwegstelsel waarbij de kern welliswaar al even geleden door al dat “gravitationele interactieve gedoe”  is opgestookt, maar waarbij de daarbijbehorende “jets” nog niet visueel/fotografisch danwel in het radio-gedeelte van het spectrum echt goed zichtbaar zijn geworden. Ook wat dit verschijnsel betreft geldt voor Arp 270…het is allemaal nog heel pril!!!

Tja….en zo zie je maar weer….voor de argeloze leek lijken het slechts ” zomaar twee vage zachtwitte vlekkies in het zwart, gelardeerd met een kudde aan witte puntjes” (en die witte puntjes zijn trouwens ALLEMAAL voorgrondsterren in ons EIGEN melkwegstelsel!!),  maar als je er met een dikke telescoop goed naar kijkt, dan
zijn het hele mooie gecompliceerde en wild turbulente werelden op zich, waar van alles en nog wat aan de gang is!!

OK….mijn 20cm F6 amateur teletoeter is uiteraard niet zo’n “dikke telescoop” als bijvoorbeeld die 4.2meter joekel op La Palma…die ik life had kunnen bewonderen, ware het niet dat….bla bla…bla…boehoehoe…en ja, ik wil er nog steeds graag over praten…hihi……maar het is er wel eentje met bovengemiddeld goede
optiek (en daar heb ik dan overigens wel 300 pound sterling boven de standaard-prijs van 300 pound sterling voor gedokt…maar goed,  dan hebbie ook wat!!) en dus valt mij de detailweergave vergeleken met “profi-pictures” nog best wel alleszinds mee.
Dit gezien het feit dat beide stelsels tesaam  ongeveer net zo even groot/klein zijn als Messier 57,  zijnde de beroemde planetaire (Ring) nevel in het sterrenbeeld de Lier.

Bij het fotograferen van dit soort van “exoten” is de helderheid/zwakheid nog niet eens het allergrootste probleem…..nope, die krengen zijn vooral best wel erg klein…
Zeker wanneer je ze op korrel wenst te willen nemen met een telescoop met nou niet de allergrootste brandpunts-afstand van slechts 120cm..
Maar goed…ze staan er duidelijk genoeg op, met 6  gestackte en normaal nabewerkte opnames van standaard 5 minuten elk (iso 800), geschoten met een (gemodificeerd) instapmodel Canon DSLR (een 1000D)….enne….weet U wat…het smaakt zowaar naar meer…en dus heb ik net mijn zinnen gezet op de volgende botsende galactische tweeling, Arp 76 (NGC 4567 en 4568), heel toevallig en toepasselijk ook nog eens “de siamese tweeling” genaamd, ergens diep verscholen in de duistere spelonken van de Virgo-cluster. U hoort nog van mij!!!

Share
Over Jan Brandt

Comments

  1. Mooie opname hoor, Jan. Volgens mij heb jij er een hobby van gemaakt om sterrenstelsels inclusief satellietsporen te fotograferen. 🙂 Eh… even over die Atlas of Peculiar Galaxies van de beroemde astronoom Halton Arp. Die atlas uit 1966 is in z’n geheel online te bekijken: https://ned.ipac.caltech.edu/level5/Arp/Arp_contents.html Daar vind je onder andere Arp 270, waar zoals Jan zegt twee sterrenstelsels met elkaar in botsing zijn.

    • Jan Brandt zegt

      Ja….ik vind die satellietsporen echt leuk…een gratis hemelextra’tje…OK, zo’n spoor moet dan natuurlijk langs het te fotograferen object lopen en er niet precies overheen…da’s dan weer minder lollig. Ik ga meneertje Arp en zijn beroemde atlas zeker effe online uitchecken…en dan blijft er nog steeds ergens in mijn achterhoofd iets knagen dat zegt dat Jos Haring die beroemde Atlas heeft gehad danwel nog steeds heeft. Ik zal het hem eens vragen!!

      • Monique zegt

        Wat een bijzonder verhaal weer Jan. Tja, dat tripje naar La Palma ligt nog steeds wat gevoelig Upset Face
        Echt wel tijdrovend hobbywerk. Voor de argeloze leek ”zomaar twee vage zachtwitte vlekkies in het zwart, gelardeerd met een kudde aan witte puntjes”.
        Ja, zo’n satellietspoor is toch de cafè latte na het hoofdgerecht.

        Hoe jij je waarnemingen beschrijft:”fuzzy blobs, natte zak”… zo duidelijk meteen Monique Mischievous Grin
        Toch kan zoiets serieus op je lachspieren werken (zie William de weerman)

  2. Folkert zegt

    Begin van de tekst ????

    deze astroknakker in elk geval nooit had gedacht dat ie hier ooit nog  zou durven en zo  nu blijkt ook zou kunnen te gaan!!

  3. Paul Bakker zegt

    Jammer, wéér een mislukte opname met zo’n satellietspoor.
    Maar…ok…verder toch wel een erg gave plaat!

Laat een antwoord achter aan Folkert Reactie annuleren

*