Nederlandse wetenschappers hebben een instrument ontwikkeld waarmee ze op kilometers afstand het bestaan van levende planten kunnen aantonen. De techniek kan in de toekomst gebruikt worden bij de zoektocht naar buitenaards leven. Bioloog Lucas Patty maakt deze resultaten wereldkundig op 18 februari wanneer hij aan de VU zijn proefschrift verdedigt.
Lucas Patty (Vrije Universiteit Amsterdam) bouwde de spectropolarimeter TreePol. Dat is een soort camera met speciale lenzen en ontvangers die de draaiing kan meten in licht dat door planten gereflecteerd wordt. Hij gebruikte het instrument eerst in het lab om bladeren van onder andere klimop en ficus te observeren. Daardoor bewees hij dat het instrument het verschil kan zien tussen gezonde gewassen en gewassen die aan het doodgaan zijn.
Vervolgens ging Patty met het instrument het dak op van het O2-gebouw van de VU. Hij richtte zijn instrument eerst op de voetbalvelden van FC Buitenveldert. Tot zijn verrassing gaf die meting geen signaal: “Toen ben ik naar de velden gelopen. Wat bleek? Kunstgras!” Vervolgens richtte Patty zijn instrument op de bomen van de VU-campus en op het Amsterdamse Bos. Dat leverde wel overduidelijke signalen op.
TreePol maakt gebruik van het feit dat moleculen waaruit leven is opgebouwd, het invallend licht gedraaid weerkaatsen. Dit zogeheten circulair gepolariseerde licht verplaatst zich als een soort kurkentrekker en kan met de juiste apparatuur van grote afstand worden waargenomen. Bij TreePol gaat het specifiek om gedraaid licht dat van bladgroen komt, maar vrijwel alle moleculen waaruit het leven is opgebouwd, beschikken over de eigenschap om het licht gedraaid te weerkaatsen.
Wetenschappers onderzoeken inmiddels of TreePol gebruikt kan worden voor het monitoren van landbouwgewassen vanuit een vliegtuig of een satelliet. In de toekomst willen de onderzoekers het instrument op nog grotere afstanden inzetten. Sterrenkundige en mede-ontwikkelaar Frans Snik (Universiteit Leiden): “We zijn zelfs al bezig met een versie die geschikt is voor het internationale ruimtestation ISS of voor een maanlander.”
Het onderzoeksproject maakt deel uit van het PEPSci-programma van NWO. Dat staat voor Planetary and Exoplanetary Science. In het programma werken biologen, sterrenkundigen, chemici en aardwetenschappers samen. Astrobiologe Inge Loes ten Kate (Universiteit Utrecht) werkte mee aan het onderzoek van Lucas Patty: “Dit resultaat laat de kracht zien van samenwerkingen tussen wetenschappers uit allerlei vakgebieden. We gaan nu door met dit onderzoek binnen het Origins Center dat onderdeel is van de Nationale Wetenschapsagenda.”
De afgelopen twee decennia zijn bijna vierduizend exoplaneten ontdekt, planeten die draaien om andere sterren dan onze zon. Om uit te vinden of daar leven is, moeten eigenschappen worden geïdentificeerd die uniek zijn voor het leven zelf. Astrobiologen richten zich vaak op de aanwezigheid van water, zuurstof en koolstof, maar die moleculen en atomen duiden niet altijd op leven en leveren dus risico op vals alarm. Van het circulair gepolariseerde licht dat TreePol opspoort, is geen vals positief bekend. Dus áls TreePol in de toekomst een buitenaards signaal opvangt, dan duidt dat zeer waarschijnlijk op leven. Bron: Astronomie.nl
Quote : “Waterdichte methode om buitenaards leven op te sporen voor het eerst toegepast op aarde”
En, nog wat aan getroffen op Aarde dan? Buitenaards leven bedoel ik! 😕
Ik kan me eigenlijk niet voorstellen dat van exoplaneten de draaiing van het licht kan worden bepaald, omdat er geen ‘origineel’ beschikbaar is.
Ik vind het wel een heel slim idee!! 🙂
Groet, Paul