8 oktober 2024

De gele verschoppeling, 26 cm F5 Newton gered van de Schroot!

26cm F5 Newtontelescoop, de gele verschoppeling

Voordat ik uberhaupt  aan mijn volgende Astroblogs-verhaal begin,  toch maar even vooraf en voor de zekerheid de volgende “waarschuwing”, (ook!!) dit blogje,  in de wellicht dubieuze “traditie” mijner hyperbreedsprakigheid,  wordt weer een echte vette LEL van een Astroblog en zal o.a.  handelen  over ATM..(amateur telescope making),  over optica en uiteraard ook zoals altijd, omdat ik zoals bekend nu eenmaal “de rust zelve ben” (???) over vurige (astro)-emotie’s…. ’t is maar effe dat U het weet!!

Een weekje of vier geleden klikte ik des middags zomaar weer eens uit nieuwsgierigheid op de website “TE-LES-KOOP”.  Dit is een website speciaal voor het kopen en verkopen van allerlei soorten en maten aan tweede hands maar ook nieuw “astrospeelgoed”……van een simpel oculairtje tot aan compleet ingerichte observatoria kan je daar tegen het vege lijf lopen,  zowel onder het kopje “te koop” als onder het kopje “gevraagd”.   Ik vind het nog steeds een hele fijne website waar ik al meerdere malen,  zowel voor het verkrijgen danwel voor het verkopen van mijn persoonlijke astrospeelgoedbehoeften,  dankbaar gebruik van heb gemaakt.

Ofwel……het is een website die ik zeer geregeld bezoek en zo ook een weekje of vier geleden….enne….meteen bij mijn eerste klikje viel mijn oog op een wel zeer opvallende advertentie met de nogal…eh…”provocerende tekst” die luidde “Gratis op te halen 26cm F5 Newton…..anders gaat ie naar de schroot”

Welnu….die welaan laatste op z’n minst “pittig te noemen toevoeging”  trok meteen mijn zeer onverdeelde aandacht….want zo’n mooie telescoop…een heuse dikke Newton….die dan in de shredder zou gaan eindigen….jemig de pemig….da wazz wat!!!…Nou doe ik toch al best wel redelijk lang aan sterrenkunde..en ik heb derhalve dan ook best wel het nodige aan advertentie’s en zo voorbij zien komen…maarre…zo’n soort “VUURPELOTON-TEKSTJE”…da ha ik nog nie eerder gesien!!

Nu is uw nedrig scribent,  zoals gevoegelijk bekend moge wezen,  een zeer groot liefhebber van …alle Newtontelescopen groot en klein.. en tevens ook iemand die het liefst al die royaal ende gepeperd  geprijsde zwaar overschatte apofluo “lenzenloeders”  in de glasbak ziet eindigen….geintje, meneer Sonneberg..hihi….en dus…zo’n leuke dikke “knuffelNewton” naar de schroot??? NOU ECH NIE…, NOT ON MY F….ING WATCH!!!!

En dus…..subiet de telefoon bij de kladden gevat en een belletje gepleegd met de desbetreffende adverteerder. De Goede man had de advertentie net een half uurtje geleden op de website gezet en den schrijver dezes bleek dus de eerste beller te zijn.

Over de herkomst van de kijker kon hij niet meer vertellen dat deze afkomstig was uit Belgie en dat ie “via via via via” uiteindeljk bij hem terecht was gekomen….maar omdat hij zichzelf net  had voorzien van een (toegegeven ook leuke)  dikke state of the art Ritchey Chrétien verpakt in heuse koepelsterrenwacht, was er voor deze Newton-verschoppeling geen plaats meer in zijn “astro-herberg”….en dus…hup…. oprotten geblazen met dat ding..ah..gossie…snik..zo zielig!!

Tevens vertelde hij mij ook dat de hoofdspiegel op enkele plaatsen beschadigd was…oeps….EN TOCH……en toch…..kon ik het simpelweg NIET over mijn hart verkrijgen om dit, van alles en iedereen verlaten, dapper spiegelende Newtonverschoppelingetje de aangekondigde dreigende enkele reis naar de telescopenhemel te laten maken.

En dus…..tijd voor een reddingsaktie ….tijd voor “International (Newtonian) Rescue”…taterataaaa tatatateratataaaaa..(tune van The Thunderbirds op de achtergrond !!!)…tijd voor “Thunderduck 1” om vanuit haar geheime basis aan de voet van de Grotekerk te Dordrecht met hoge snelheid….88km per uur i.p.v 83,5 km per uur naar de plaats des onheils helemaal in de buurt van Boxmeer te snellen.

Aldaar aangekomen kon ik de optische verschoppeling voor het eerst eens echt goed in de glimmend aluminium oogjes…nou ja..oog…kijken…enne…het was meteen astronomische liefde op het eerste gezicht, want om te beginnen was de buis in een waarlijk prachtig (vind ik!!) kleurtje “vlaflip-GEEL” gespoten…enne..zeer strak gespoten ook nog eens. Voorzien van fijne groene “bloody hippie” details in de vorm van een groene hoofdspiegel-houder en een groene focuseerinrichting was het wat het uiterlijk betreft ter plekke “instant love”..twinkel…twinkel!!

Maar ja…..aan een mooi uiterlijk heb je geen reet als de binnenkant niet deugt, maar ook dat viel mij hogelijk mee. Die paar hoegenaamde beschadigingen op de hoofdspiegel, daar kon ik echt niet van onder de indruk geraken in de wetenschap dat bijvoorbeeld de 2.7 meter spiegeltelescoop op het McDonald observatory in de USA maar liefst zeven (!!) kogelgaten in haar optische oppervlak heeft met dank aan een lichtelijk ontriefde nacht-assistent die zich niet kon verenigen met de secondaire arbeidsvoorwaarden..ja..ja!!…..Zelfs als een telescoopspiegel bij wijze van spreke onder vuur is genomen met een machinegeweer dan geeft ze nog een redelijk te hoegen beeldje…

Ofwel telescoopspiegelbeschadigingen moeten echt wel heel ernstig zijn wil dat enig echt direct merkbaar effect hebben op haar optische prestatie’s. Liever een paar dikke vette krassen op de spiegel dan een volledig verweerde doffe aluminium spiegellaag…want dat laatste is wel meteen vet desastreus voor de beeldkwaliteit!!!!

Dit gezegd hebbende ,  een verweerde aluminium spiegellaag is dan weer wel makkelijker te redresseren dan het verhelpen echte diepe gaten in het glazen oppervlak,  want daarvoor moet de spiegel danweer wel compleet opnieuw herslepen wordenl! Een doffe spiegellaag is slechts een kwestie van de verweerde aluminium laag verwijderen en daarna een vers-glimmende laag weer opnieuw opdampen!

Maar goed…afgezien van een stuk of drie echt niet al de grote beschadigingen zag de hoofdspiegel er retestrak gaaf en glimmend genoeg uit…heel fijn!!

Waar ik ook heel happy van werd is het feit dat de hoofdspiegel een zogenaamde “volle dikte spiegel” bleek te zijn.  “In de goede oude tijd” werden telescoopspiegels van een zodanige dikte toegepast dat de spiegeldikte een vijfde van de diameter van de spiegel bedroeg…In dit specifieke geval is deze 25 (nou ja…eigenlijk zelfs 26) cm spiegel dus 5cm dik. Het grote voordeel hiervan is dat dit soort spiegels simpelweg onder wat voor mechanische belasting dan ook NIET vervormen en in combinatie met een heel nauwkeurig geslepen en gepolijst oppervlak kan dit bijdragen aan een zeer hoge optische kwaliteit en derhalve ook een heel hoge beeldkwaliteit. Let wel…..ik heb het hier puur over vervorming onder mechanische belasting en NIET over de vervorming van het spiegeloppervlak onder invloed van temperatuur!!!!!!!!

Trouwens,  het consequent hanteren van hele hoge kwaliteitsnormen als het gaat om de keuze van de te gebruiken materialen en het consquent hanteren van diezelfde hoge eisen tijdens het bewerkingsproces van deze hoogkwalitatieve materialen is DE REDEN waarom hedendaagse lenzenkijkers zo goed zijn…en dus ook zo duur per centimeter objectiefdiameter.

Bij Newtontelescopen wil dit aspect nog wel eens wat “te wensen overlaten” ….Ik heb al vaker willen benadrukken dat als deze zelfde hoge kwaliteits-normen ook vaker zouden worden toegepast op Newtonachtige telescopen dat het verkrijgen van dezelfde mate van hoge (refractor)kwaliteit totaal geen probleem is maar dan zal ook hier een heel pittig prijskaartje aan komen te hangen.

Je zal mij NOOIT  horen zeggen dat de betaalbare huis, tuin en keuken Newton een foute Newton is, integendeel…maar er is weldegelijk nog behoorlijk wat “kietelruimte” als het gaat om het verhogen van de optische kwaliteit van dit soort kijkers middels het toepassen van nog veel zuiverder spiegeloppervlakken en extra beeldcorrigerende optiek in de vorm van o.a. coma-correctoren !! Mijn 20cm F6 Orion Optics (astrofoto)-kijker voor het leven-Newton is zo’n telescoop die ik op speciaal verzoek heb laten maken naar een veel hogere dan de standaard optische kwaliteits normen en daar heb ik dan ook tevens best wel de hoofdprijs voor mogen betalen….maar dit  is wel iets waar ik tot op de dag van vandaag GEEN SPIJT van heb!!

Maar goed…..Deze verschoppeling-Newton gaf bij eerste inspectie in elk geval alle signalen die roken naar een onverwacht hoge optische kwaliteit en dat laatste bleek tot mijn verbazing en geluk ook te gelden voor de mechanische kwaliteit van de “ter schroot veroordeelde”! De hoofspiegelophanging is hypersolide en het hoofdspiegelstelmechaniek werkt zeer naukeurig en na het afstellen is het hele gebeuren ook nog eens met drie extra schroeven te zekeren…heel fijn!

Maarre… “la piece de resistance mechanique”….. is toch wel de kijkerbuis…zowel van buiten…. mooi strak vlaflipgeel gelakt en een hele diksolide lichtmetalen buiswand….als aan de binnenkant, want daar heeft de bouwer van dit instrument iets gedaan wat ik in elk geval eigenlijk nog nooit bij een Newton heb gezien, maar alleen bij high tech/high spec lenzenkijkers en (dikke) Maksutov-telescopen…en dat is het feit dat deze telescoopbuis volledig…(en omdat ik niet bekend ben met een hollands equivalent dan toch maar de engelse term gebezigd)…zogenaamd “GEBAFFLED” is.

Dit houdt in dat na het nodige reken en tekenwerk aan de binnenkant over de gehele lengte van de buis een heleboel zeer precies gefabriceerde diafragma-ringen zijn aangebracht, dit ter zware verbetering van het beeldcontrast. Deze zogenaamde “baffles” zorgen ervoor dat er geen ongewenst strorend strooilicht in het brandpunt c.q. het waarneem-oog danwel de camera kan komen….enne….mijn petje af voor de mechanische schoonheid en nauwkeurigheid waarmede de bouwer van dit instrument dit gedaan heeft!! Dit alles bij eerste inspectie in vlugge ogenschouw genomen hebbende had ik er dus echt totaal geen moeite mee om dit ter schroot veroordeelde Newtonnetje mee naar mijn m(J)ancave te sleuren!!

Thuis aangekomen heb ik mij een weekje of wat zeer aangenaam verpoost met het, voor deze gele verschoppeling, aanpassen c.q. verbouwen van de oude (veels te zware) Dobsonmontering die ik ooit langgeleden gebouwd had voor de 20cm F5 Newton-voorganger van mijn lichtgewicht airlinescope genaamd “Zeeuws meisje”.  Deze Dobsonmontering was welliswaar bijkans Rots van Gibraltar-solide voor mijn toemalige 20cm F5 Newton, die ik trouwens “de Schrootscope” had genoemd vanwege het royale gebruik van oud ijzer, maar deze was echt veels te zwaar en veels te lomp om mee te zeulen naar La Palma…en deze is dus uiteindelijk in een stoffig hoekje beland “voor later”.

De 26cm F5 gele Verschoppeling-Newton in opbouw.

Dit “voor later” is dus nu gekomen in de vorm van het dienen als stevig onderstel voor het torsen van……en zie hier het enige echte minpuntje van deze telescoop….het ech wel pittige gewicht van de  vlaflipgele optische verschoppeling. Omdat het “setje” zo zwaar is heb ik wel even lopen worstelen met het soepel laten bewegen van het geheel.  Vooral het naar links en rechts bewegen beviel mij in eerste instantie totaal niet…veels te schokkerig. De standaard Dobson-opzet van een centrale azimuthbout (dit is de bout waar de dobson naar links en naar rechts omheen draait) en drie op maat gemaakte stukjes teflon gaven bij dit gewicht simpelweg niet voldoende soepelheid om het bij Dobsons altijd al lastige volgen (voor mij althans) goed genoeg te laten verlopen.

De oplossing voor dit probleem was het aanbrengen van een vierde stukje (diameter 5cm) teflon en wel precies in het midden om de azimuthbout. Dit centraal geplaatste vierde teflonlager neemt dan een deel van het gewicht over van de drie “normale” teflon dobson glijlagers. Om dit lager effectief te laten zijn moet ie wel heel precies “geshimmed” worden en dat houdt in dat dat centrale vierde lager een heel klein beetje hoger moet komen te liggen dan die drie andere (buiten)lagers. Niet hoog genoeg, dan neemt ie geen gewicht over en werkt ie gewoon helemaal niet…te hoog en dan gaat de hele telescoop kantellen en wiebelen…ook niet wenselijk.

Na wat research and development-werk kwam ik uit op een dun stukje plastic van 0.14mm onder het centrale teflonlager.

OK…..de OTA…optical tube assembly is dus een zware jongen om rond te sjouwen….maar toch in…”opzettijd” wint ie het echt met twee vingers in de neus van dat andere optische monster in mijn (on)bescheiden verzameling van maar liefst ZES Newtons, zijnde mijn 40cm truss-Dobson genaamd Doris.

De gele verschoppeling staat vanuit de auto in twee minuten bedrijfsklaar opgesteld, terwijl ik met het uitladen en in elkaar schroeven van die 40cm wel een half uurtje bezig ben, ook niet verkeerd,  maar toch in het korte waarneem “timeslot” van de grijze nachten zomermaanden iets wat toch net het verschil kan uitmaken!!!

Na het plaatsen van dat centrale teflon azimuthlager was ik nog niet helemaal happy met de stabiliteit van het geheel….nog steeds net effe iets te veel gewiebel. In “standaard Dobson modus” zitten er onder de grondplaat drie van die  kleine ronde “voetjes” gemonteerd waarmee het gevaarte contact onderhoudt met Moeder Aarde. Ik heb dat altijd al een ietwat vreemde  en best wel zeer onwenselijke constructie gevonden vanwege het simpele feit dat dit absoluut een klo…piep…en-constructie is wil je met je Dobsonnetje in het vrije veld in het gras gaan staan danwel op iedere andere onregelmatig gevormde ondergrond behalve dan strak asfalt….enne…de Dobson is nu juist bedoeld voor het betere “go anywhere-werk”  in datzelfde vrije veld,  ja toch, niet dan????

De manier om dit te ondervangen is om drie zware tuintegels mee te zeulen en die dan vervolgens in het gras onder die drie ielige dobsonvoetjes te plaatsen….eh…sorry, hoor…..een beetje heel erg zielig allemaal..enne…dat kan toch beter??!!

Enne… yep…. dat “ken”…en wel,  geheel in de traditie van het klassieke loeierstevige houten driepoot-statief, door het onder het grondplatvorm monteren van drie dikhouten (tafel)poten. Het bepalen van de dikte, de hoogte en de spreidingsafstand tussen die poten vergt wederom het nodige aan eigen R & D-werk en bepalen van eigen voorkeuren, maar in de regel zijn dikke poten, niet al te hoog (een centimetertje of 20 tot 40) en lekker stabiel wijd uitgespreid, het recept voor een stevig “All-Terrain onderstel”  voor een ECHTE vrije veld Dobsontelescoop!!

Hierna nog daar waar nodig een likje schilder en smukwerk gevolgd door het monteren van een 9x 50 zoeker…. et voila….een zeer aangenaam ogende,  als ware uit de bijna dood herrezen 26cm F5 Dobson-telescoop klaar voor “first light”!!

Maar ja….een uiterlijk aangenaam ogende telescoop zegt helemaal niets over de prestatie’s van het geval…enne…. daar had ik dus  best nog wel even zo mijn bedenkingen over. Niet zo zeer vanwege die paar beschadigingen aan de hoofdspiegel,  maar meer vanwege het feit dat de specifieke opbouw van deze Newton in elk geval in theorie c.q. op papier niet de meest ideale is voor het gebruik als “hit and run Dobson”.

Grote volle dikte spiegels hebben namelijk de dubieuze reputatie dat deze heul….heul veel tijd nodig hebben om zich aan te passen aan de omgevingstemperatuur. Een telescoop die midden in dat aanpassingsproces zit kan door de bijbehorende ongecontroleerde vormveranderingen van de hoofdspeigel allerlei niet fijn ogende beeldfouten vertonen. Om dit proces te bespoedigen worden er bij moderne Dobsons een zeer effectief werkende combinatie van “flinterdunne” hoofdspiegel met open hoofdspiegelophangingssysteem en een setje ventilatoren toegepast.  Dit alles dan meestal ook nog eens in combinatie met een compleet open zogenaamde “truss-constructie”,  een systeem van een set aluminium buizen die de hoofdspiegelophanging met de vangspiegelophaning verbind….ofwel…een zeer luchtig geheel dat in no time op werktemperatuur is.

“Onze” herrezen gele verschoppeling moet het echter allemaal  zonder al deze kekke constructie’s doen….geen dunne hoofdspiegel…geen open hoofdspiegelophangingssysteem, geen ventilatoren en een volledig gesloten volle lengte kijkerbuis die ook nog eens helemaal,  welliswaar prachtig,  “gebaffled” is….enne…dat laatste is welliswaar heel fijn tegen ongewenst strooplicht maar kan ook iets anders zeer ongewenst teweeg brengen en dat vervelende verschijnsel heet “buisturbulentie”.

Op het moment dat de niets vermoedende “amateur sterrenkiekert” de afsluitdop aan de voorkant van zijn volle lengte gesloten kijkerbuis verwijderd “om eens lekker te gaan sterrenkieken” gaat de telescoopbuis vanwege die dikke afkoelende massa glas achterin zijnde de hoofdspiegel in feite werken als een ordinaire walmende schoorsteenpijp.

Dit laatste is met dat lastige menselijke ingredient “geduld” op zich nog enigszins “te hoegen”,  maar bij een telescoopbuis met van die fraaie diafragmaringen, die precies uitgerekend dicht op de heen en weer zwiepende lichtbundel in de kijkerbuis geplaatst zijn,  gaan diezelfde prachtige diafragmaringen wel die warme turbulente luchtbellen precies IN DE LICHTWEG DWINGEN dwingen op hun “reis” vanaf de afkoelende hoofdspiegel naar het open eind van de kijkerbuis…met alle extra slechte seeing-beeldfouten van dien. Typisch verschijnsel van “elk foordeel hep sein nadeel”!!

Maar goed…..aangezien je “een gegeven telescoop niet in de kijkerbuis mag kijken” toch maar gewoon onbevangen naar de biesbos getogen voor deze “first light expeditie” Wat ik dan trouwens wel altijd doelbewust doe tijdens de rit naar mijn waarneemplek, is dat ik ook zelfs in de winter de kachel uit zet en tevens ook de klapraampjes van de Eend open doe ( brrrrr!!!) en de kijkerbuis met zijn open voorkant in de rijrichting achterin la belle voiture “parkeer” in de hoop dat deze inkomende luchtstroom “nog iets doet ter bespoediging van het afkoelingsproces”!

Aangekomen op de waarneemplek bestaat de “first light ceremonie” als eerste uit het doen van de zogenaamde “startest”, welke in “hersenkrakende details” beschreven staat in het boek “Star testing astronomical telescopes” van Harold Suiter.

Deze “startest” houdt in, even kort de bocht omschreven, dat je je telescoopje na deze minimaal een dikke 30 minuten ongemoeid de tijd hebt gegeven om af te koelen, op een redelijk heldere (niet rode) ster richt en vervolgens bekijkt hoe het sterbeeldje eruit ziet als je deze bij een hoge vergroting ONSCHERP stelt.

Wederom heel kort door de bocht, tenslotte heeft die gozer er niet voor niets een heel boek aan gewijd, is een telesccop in orde als het onscherpe sterbeeldje bestaande uit enkele diffractieringen en….(bij een telescoop met een vangspiegel in de lichtweg)……. de centrale “schaduw” van de vangspiegel  aan beide kanten van het brandpunt concentrisch en van gelijke grootte zijn. Tevens moet het onscherp gestelde sterbeeldje aan beide kanten van het brandtpunt egaal van helderheid zijn. Dat concentrisch zijn is een teken dat je spiegels goed zijn afgesteld/uitgelijnd/gecollimeerd. Dat egaal van helderheid zijn plus twee vangspiegelschaduwbeeldjes van gelijke grootte zijn de kenmerken van een goed geslepen en goed gepolijste hoofd (en vang)spiegel. De echte experts in deze zeer gevoelige optische kwaliteitsbepalingstest kunnen zelfs een kwaliteitswaarde aan het geheel geven uitgedrukt in “zoveel Lambda”. Een hoofdspiegel met bijvoorbeeld het predikaat “¼ lambda” heeft, even weer kort door de bocht, als het ware een vormnauwkeurigheid en een maximale oppervlakte onnauwkeurigheid van ¼ van de golflengte van het groene gedeelte van het zichtbare licht.

Een ¼ lambda-spiegel is een prima huis, tuin en keuken hoofdspiegel en het grote gros van de standaard handelstelescopen hebben een spiegel van die kwaliteit, een kwaliteit waar prima mee te leven valt.

ECHTER…..als je meer wilt, een hogere kwaliteit omdat je b.v. betere gedetailleerde contrastrijkere planetaire beeldjes wenst te zien met je zogenaamde “planetaire Newton” , dan kan je door langdurig extra EIGEN slijp, polijst en testwerk danwel door landurig extra BETAALD slijp, polijst en testwerk streven naar en verkrijgen van een spiegel van 1/6, 1/8ste OF,  als je geldbuidel zwart gat diep is en je kwaliteisverlangens echt skyhigh gaan, naar nog hogere waardes zoals zelfs 1/20ste lambda!!

Newtontelescopen met een F-waarde (openingverhouding) vanaf F8 en hoger (F10..F12) en zo’n 1/8ste Lambda of beter spiegel hebben de kekke bijnaam “Apo-killers” en zijn zeer appijtelijk, hebben een lange bouwlengte en zijn, als ze er al zijn in de handel te koop zijn,   heel stevig aan de prijs,  net zo dus zoals apo’tjes!! Als je zo’n ding zou wensen, zoals uw nedrig scribent dat wilt, dan kun je bijvoorbeeld wel zo’n superspiegel (laten) maken en daarna vervolgens de OTA zelf (af)bouwen. Het mooie is dan dat je dan, zeg maar, apo-kwaliteit hebt in combinatie met nog steeds verhoudingsgewijs redelijk betaalbare big Newton objectief doorsnede!!

Nog een laatste opmerking aangaande de stertest en dat betreft het grote probeem dat deze helaas, hoe kan het ook anders, in de buitenlucht onder de open heldere sterrenhemel moet worden gedaan…en dat betekent dat je bij deze test altijd te maken gaat krijgen met de grilligheden van de atmosfeer van moedertje Aard. Deze grilligheden kunnen van dien aard zijn dat je, als je je daar niet van bewust bent, zomaar tot de conclusie kunt komen om een puike telescoop “ter schroot te veroordelen”. Daarom is het natuurlijk het allerbeste om een telescoop te beoordelen lekker geconditioneerd binnenshuis op een optische bank….enne….dan moet je ook nog eens de gespecialiseerde kennis hebben om zo’n ding te bedienen en tevens de kennis hebben om de meetresultaten correct te kunnen beoordelen…..enne…..dat is bij uw nedrige scribent…snik…..helaas… zeker NIET het geval!!

Als het dus helaas niet kan zoals het mot,  dan mot het maar zoals het kan en dus in de buitenlucht en hopelijk toch wel met genoeg ter zake kundig zijnde inschattingsvermogen.

Het mooie..eh..pour moi althans..was dat ik bij die first light sessie met het verstrijken van de waarneemminuten steeds meer en meer bevallen werd van een heerlijk juiggevoel……”Housten, we definitely DON’T HAVE A PROBLEM!!!”….Nope we, flippin heck, might just have a big giant WINNER!!……want..eh…van het uiterlijk van die stertestbeeldjes werd ik echt heel happy. OK….het verwachte ge-emmer met  die buisturbulentie was zeker waarneembaar in den beginne…maarre…na een uurtje of wat verdween dat als…. “Arie z’n poen richting de ANP/PM boys and girls”….. (ja..ja…ik weet het..heel fout grapje!!) en zag ik daarna alleen maar een strak en egaal onscherp sterbeeldje met twee vangspiegelschaduwbeeldjes van fijn identieke grootte “zoals in de boekjes”…oh joepie de poepie!!

Inkijkje in de “baffle-buis” en de kiekjes van de Maan en Jupiter.

Ofwel….wat een fijn, optisch zowel als mechanisch, verschoppelingetje is dit vlaflipje, zeg..jemig de pemig!!

Na dit stertest-veldwerk heb ik mij diezelfde en nog een X-aantal volgende avonden heel fijn onledig gehouden met waarnemen van vele hemelse schoonheden zoals uiteraard de Maan (bij een achterlijk hoge vergroting…mooi..mooi..mooi), Jupiter (zo jammer dat die nu zo laag staat),  Saturnus en een hele kudde aan al dan niet bekende Deep sky objecten,  waarbij het beeldvullende ozo contrastrijke (lang leve die zotte baffle-buis!!) aangezicht van de koning der noordelijke sterrenhemel bolhopen, M13, met al die prachtige krioelende piepstrakke sterpuntjes,  mij een heftiger “out of this world-ervaring” gaf dan een hele treinlading aan… eh..andere “geestverruimende substanties”!…Trust me..hiervan wil ik ech nie afkicke!!!!.

Tot slot heb ik me dan meteen maar ook een avondje laten verleiden tot het fotoplaatjezzz schieten met deze gele pretpijp. Plaatjesschieten gewoon met de Canon 1000D DSLR in het primaire brandpunt en dan de Maan en Jupiter op de korrel genomen. Uiteraard is dit tegenwoordig totaal niet de juiste methode bezien in het licht van het hedendaagse moderne webcam/stack-geweld…en is het plaatje van Juup (die enkele opname dus) naar diezelfde moderne maatstaven “zeker niet echt je dat”….   maarre…. er zijn toch maar mooi wolkenbandjes en de grote rode vlek op te zien!! De ,me dunkt best kekke, maanopname is samenstelling van twee opnames die ik met behulp van Photoshop “aan elkaar heb geplakt”.

Afijn……de gele verschoppeling is dus  bij deze heel welkom en liefderijk in mijn kudde Newtons opgenomen en wij, herder Janus en zijn nieuwbakken schone optische vlaflip, zijn van plan om nog heel lang en heel gelukkig onder ons schone firmament samen te leven.

Zo en nu nog effe de tekst goed controleren op woordspelingen, woordgrapjes en andersoortig taalgebruikjes die ik mogenlijkerwijze per ongeluk van Arie…eh…”geleend” (= gejat!!) zou kunnen hebben want…tja…in het kader “van fout voorbeeld doet fout volgen” heeft Arie ter spekking zijner geheime bankrekening op de Kaaimaneilanden een nieuw “Astroblogs business model” op poten gezet genaamd….”ANPPM”….”Arie’s Nieuwe Poen Pluk Methode”….en yep….zie hier de tweede compleet foute ranzige actualilteits-grap, die ik toch echt effe niet kon nalaten..hihi!!

U zijt allen van harte gegroet!!!

Share
Over Jan Brandt

Comments

  1. Angele van Oosterom zegt

    Hoi Jan, topstuk en nog leerzaam ook voor een astro apparatuur leek als ik ben, nog even iets langer en je hebt een astroboek van vele pagina’s waarvan je de royalty’s aldaar op die Kaaiman kan parkeren..:). Groet, Angele

  2. jan brandt zegt

    Hoi Angele….mijn welgemeende dank voor het compliment. Het genoegen is zoals je weet zoals altijd geheel wederzijds…enne….laat de kaaimanroyalty’s maar lekker binnengutsen..hihi!!

  3. Geweldig verhaal Jan, het kan mij niet hyperbreedsprakerig genoeg zijn. Ik heb weer genoten, vooral van je foute grappen (foei Jan !! , haha). Maar ik ben ook wel een beetje jalours, zo’n mooie kijker ! Vooral ook omdat het ergens weer gaat kriebelen om eens een grotere kijker aan te gaan schaffen want eigenlijk wil ik het ouderwetse waarnemen weer eens meer oppakken. Ik heb nog steeds m’n 45-jaar oude 6 cm refractor en die heb ik deze zomer uit de motteballen gehaald om wat “van vroeger” terug te zien. Best leuk dus.
    Jouw verhalen en zeker deze stimuleren wel. Helaas woon ik tegenwoordig aan de andere (verkeerde) kant van de Biesbosch anders zou ik je makkelijker op kunnen zoeken tijdens een waarneemnacht.

  4. Tsjonge Jan, jij begint je steeds meer te ontpoppen als de redder van Vaderlandsch astronomisch cultureel erfgoed! Ik heb ’t even op een rijtje gezet wat jou daden op dit terrein allemaal zijn. Zo zijn we hééél lang geleden samen eens beland in de containers van de firma Peute op de Staart om daar dozen vol met astronomische tijdschriften van uitgeverij D.Reidel uit Dordrecht van een gewisse dood in de verbrandingsovens te redden. Vervolgens heb jij een zelfde ding gedaan met tijdschriften die van Ewine van Dishoeck persoonlijk bleken te zijn, president van de IAU. Dan is er het verhaal van de wetenschappelijke erfenis van Chriet Titulaer. Dankzij Hans Prinse hebben wij dat erfgoed van Titulaer ook zeker weten te stellen. Was dat niet gebeurd dan had de weduwe van Titulaer dat vast aangeboden aan de Limburgse variant van Opnieuw & Co. En nu dan dus deze gele verschoppeling, die jij van de shredder hebt gered. Een pluim voor jou Jan! Eh… en wat dat “Astroblogs business model” betreft: goed idee Jan! Oh wacht, nou hebben we de radiostilte toch verbroken. 😀

Speak Your Mind

*