Onderzoek aan komeet 2I/Borisov – na 1I/’Oumuamua het tweede interstellaire object, afkomstig van buiten het zonnestelsel – heeft laten zien dat ‘ie echt wel anders is dan de kometen die in het zonnestelsel zelf ontstaan zijn. Komeet Borisov werd op 30 augustus vorig jaar ontdekt door amateurastronoom Gennady Borisov. Onderzoek aan de baan van de komeet, die hyperbolisch blijkt te zijn, liet zien dat ‘ie afkomstig moest zijn van buiten het zonnestelsel. Op 8 december bereikte ‘ie het perihelium, de dichtstbijzijnde afstand tot de zon op pakweg 300 miljoen km. in december en januari is de komeet onderzocht met Hubble en ALMA (Atacama Large Millimeter/submillimeter Array) in Chili en daaruit kwam naar voren dat ‘ie meer koolmonoxide bevat dan ‘gewone’ kometen wanneer ze op dezelfde afstand van de zon komen. Er zijn wel objecten in ons zonnestelsel met net zoveel koolmonoxide, maar die vind je alleen bij hele lage temperaturen (-250 graden), voorbij de baan van Neptunus. Dat doet vermoeden dat komeet Borisov is gevormd rond een koudere ster, zoals een rode dwerg, het meest voorkomende type ster in onze Melkweg. Het zou ook kunnen dat komeet Borisov een koolmonoxide-rijk fragment is van een kleine planeet.
Verder is komeet Borisov onlangs bestudeerd met NASA’s Neil Gehrels Swift Observatorium, vroeger was dat de Swift satelliet, en die keek met name naar de hoeveelheid water die de komeetkern uitstoot. Zodra kometen de zon tot 370 miljoen km naderen gaat water verdampen. Door de invloed van zonnestraling breken de watermoleculen af en één van de componenten die dan ontstaan is hydroxyl, een molecuul van een waterstofatoom en zuurstofatoom. En die kan weer UV licht uitzenden, hetgeen met Swift kan worden gemeten. Tussen september en februari is dat gedaan en tijdens het perihelium bleek de kern zo’n 30 liter water per seconde te verliezen, pakweg een badkuip in tien seconden. Gedurende de hele passage van komeet Borisov door het zonnestelsel verloor ‘ie naar schatting zo’n 230 miljoen lieter water, dat zijn 92 Olympische zwembaden vol. Op basis van de waarnemingen schat men de grootte van de komeetkern in op 0,74 km. Minstens 55% van het oppervlakte van de kern moet tijdens het perihelium actief materiaal hebben ‘geloosd’. Bij kometen van het zonnestelsel is dat veel minder, hooguit 5% van hun oppervlak is dan actief.
Bron: NASA + NASA + Werkgroep Maan en Planeten.
Speak Your Mind