Indiase sterrenkundigen zijn er in geslaagd om in één keer maar liefst 228 veranderlijke sterren te ontdekken. Dat deden ze door met de ARIES telescoop de open sterrenhoop NGC 281 te bestuderen. Het team, dat onder leiding stond van Sneh Lata (Aryabhatta Research Institute of Observational Sciences in India) keek in het kader van het project genaamd ‘Search for Pre-Main-Sequence (PMS) Variability in Young Open Clusters (YOCs)‘ met de 1,3 meter ARIES telescoop in Nainital (India) naar NGC 281. Dat is een combinatie van een open sterrenhoop en een emissienevel in het sterrenbeeld Cassiopeia, op ongeveer 9300 lichtjaar van de Aarde. Vanwege de gelijkenis met de hoofdfiguur van het gelijknamige computerspel wordt de nevel in het Engels ook wel de Pac-Man-Nevel genoemd.
Tussen oktober 2010 en november 2017 werden de sterren in de cluster bekeken en dat leverde een oogst op van 228 veranderlijke sterren. Die blijken niet allemaal fysiek te horen tot NGC 281: 81 ervan zijn echt leden van de cluster, de rest ligt schijnbaar in dezelfde omgeving. Van die 81 clusterleden zijn er 51 sterren die zogeheten pre-main-sequence (PMS) sterren zijn, de rest liggen op de Hoofdreeks van het bekende Hertzsprung-Russeldiagram. Het merendeel van die PMS sterren zijn T-tauri sterren, maar er zitten ook Herbig Ae/Be sterren bij, allemaal bekende jonge sterren met een grillig karakter qua lichtkracht. De dertig sterren van de cluster die tot de hoofdreeks behoren zijn Beta Cepheïden, Delta Scuti sterren of andere typen variabelen, ook allemaal bekende vormen van veranderlijke sterren. Door onderzoek zoals deze wil men meer te weten komen over ontstaan en evolutie van sterren en of ze wel of niet bruikbaar zijn als afstandsindicator. Hier het vakartikel over de massa-ontdekking van de veranderlijke sterren in NGC 281. Bron: Phys.org.
Leuk dat men met een relatief compact instrument zo’n succes kan behalen.
Dit geeft de burger moed dat we mogelijk binnen overzienbare tijd als amateur op de juiste locatie ook een iets zeggend onderzoek kunnen doen.
Mogen we natuurlijk voldoende mensen clusteren en de juiste randapparatuur bemachtigen.
Dat kan en gebeurt allang.
https://en.wikipedia.org/wiki/Amateur_astronomy#Discoveries_with_major_contributions_by_amateur_astronomers
https://arxiv.org/pdf/1101.0684.pdf
En dat is niet eens alles.
Ik denk trouwens dat je het compacte van deze telescoop een beetje overschat:
https://www.researchgate.net/figure/The-13-m-Optical-Telescope-at-Devasthal_fig1_267559882
Kijk eens aan,
gaat dus al lange tijd zo.
En ja….natuurlijk voor een amateur is het door jouw getoonde instrument onvoorstelbaar groot.
Toch gezien vanuit het VLT is het maar een friemel ding.
Maar ik zie beginners met hele kleine kijkers en moderne fotoapparatuur, opnamen maken waar wij zo’n 20 jaar geleden niet van konden dromen.
Dus er zijn zeker verbeteringen aanwezig ( De juiste randapparatuur ) die kleine kijkers voldoende laten zijn voor werkelijk onderzoek.