28 maart 2024

Nieuwe telescoop op ESO’s La Silla-sterrenwacht zal aarde helpen beschermen tegen gevaarlijke planetoïden

De Test-Bed Telescope 2 op ESO’s La Silla-sterrenwacht. Credit: I. Saviane/ESO

Als onderdeel van de wereldwijde inspanning om objecten in de buurt van de aarde op te sporen en te herkennen, is op de ESO-sterrenwacht op La Silla in Chili de Test-Bed Telescope 2 (TBT2) van het Europese ruimteagentschap ESA in gebruik genomen. Samen met zijn evenknie op het noordelijk halfrond zal de TBT2 de hemel nauwlettend afspeuren naar planetoïden die een bedreiging kunnen vormen voor onze planeet. Daarbij zullen hardware en software worden getest die voor een toekomstig netwerk van telescopen zijn bedoeld.

‘Om het risico van potentieel gevaarlijke objecten in het zonnestelsel te kunnen berekenen, moeten eerst weten hoeveel van deze objecten er zijn. Het TBT-project is een stap in die richting’, aldus Ivo Saviane, locatiemanager van de ESO-sterrenwacht op La Silla.

De buisconstructie van de Test-Bed Telescope 2 wordt in zijn koepel getakeld. Credit: P. Sinclaire/ESO.

Het project, dat een samenwerking is tussen de Europese Zuidelijke Sterrenwacht (ESO) en het Europese ruimteagentschap ESA, ‘is een testopstelling om de capaciteiten te demonstreren die nodig zijn om objecten in de buurt van de aarde met een en hetzelfde telescoopsysteem te detecteren en te volgen’, zegt Clemens Heese, hoofd van de sectie optische technologieën van ESA, die leiding geeft aan dit project.

De 56-cm telescoop op de ESO-sterrenwacht op La Silla en TBT1, de identieke tegenhanger die op ESA’s grondstation in Cebreros in Spanje is gestationeerd, zullen fungeren als voorloper van het geplande ‘Flyeye’-telescoopnetwerk, een afzonderlijk project dat door ESA wordt ontwikkeld voor het opsporen en volgen van snel bewegende objecten aan de hemel. Dit toekomstige netwerk zal volledig autonoom werken: de waarnemingen worden aangestuurd door software, die dagelijks verslag doet van de posities en andere eigenschappen van de gedetecteerde objecten. Het TBT-project is bedoeld om te laten zien dat de soft- en hardware aan de verwachtingen voldoen.

‘De start van de waarnemingen van de TBT2 op La Silla zal het waarnemingssysteem in staat stellen om in zijn beoogde configuratie met twee telescopen te werken, waarmee aan de doelstellingen van het project is voldaan’, zegt Heese.

De ligging van de Test-Bed Telescope 2 op La Silla. Credit: I. Saviane/ESO.

Hoewel ernstige inslagen van planetoïden op aarde uiterst zeldzaam zijn, zijn ze ook weer niet ondenkbaar. Al miljarden jaren staat onze planeet bloot aan een bombardement van grote en kleine planetoïden. De explosie van een kleine planetoïde boven de stad Tsjeljabinsk in 2013, waarbij ongeveer 1600 mensen gewond raakten (merendeels als gevolg van rondvliegende splinters en glasscherven), heeft ons weer eens herinnerd aan de dreiging die van zulke ‘aardscherende’ objecten uitgaat. Grote planetoïden kunnen veel meer schade aanrichten, maar laten zich gelukkig gemakkelijker opsporen en de banen van alle bekende grote exemplaren zijn al goed bekend. Maar vermoed wordt dat er nog grote aantallen kleinere, onontdekte objecten bestaan die we nog niet hebben opgemerkt en die ernstige schade kunnen aanrichten als ze een bevolkt gebied treffen.

Dat is waar de TBT en het toekomstige geplande netwerk van Flyeye-telescopen voor gaan dienen. Zodra het netwerk volledig operationeel is, kan het de nachthemel afspeuren om snel bewegende objecten te volgen. Daarmee wordt Europa’s vermogen om potentieel gevaarlijke objecten die de aarde dicht kunnen naderen op te sporen aanzienlijk vergroot.

TBT maakt deel uit van een bestaand groot internationaal samenwerkingsverband tussen organisaties dat erop is gericht om een completer beeld te krijgen van deze objecten en de mogelijke risico’s die ze opleveren. Dit project bouwt voort op ESO’s eerdere betrokkenheid bij de bescherming van de aarde tegen potentieel gevaarlijke objecten. Zowel ESO als ESA zijn actief in het door de Verenigde Naties goedgekeurde International Asteroid Warning Network, en veel waarnemingen van deze objecten zijn met ESO-telescopen gedaan. ESO’s New Technology Telescope op La Silla is bijvoorbeeld ingezet voor waarnemingen van kleine planetoïden ter ondersteuning van het Europese NEOShield-2-project.

De lopende samenwerking tussen ESO en ESA is met name van belang bij het onderzoek van Near-Earth Objects oftewel ‘aardscheerders’. Hoewel de TBT het eerste telescoopproject is dat tot stand is gekomen in het kader van een samenwerkingsovereenkomst tussen beide organisaties, helpt ESO ESA al sinds 2014 bij het volgen van potentieel gevaarlijke objecten, door de Very Large Telescope van de ESO-sterrenwacht op Paranal in te zetten voor het waarnemen van zeer zwakke objecten. Deze gezamenlijke inspanningen betekenen een belangrijke stap voorwaarts voor de wereldwijde zoektocht naar planetoïden, en hebben hun nut al bewezen bij het kunnen uitsluiten van mogelijke botsingen tussen planetoïden en de aarde.

De installatie en het in bedrijf stellen van de TBT2 op La Silla werden gerealiseerd onder strikte gezondheids- en veiligheidsvoorwaarden. De ESO-sterrenwachten zijn vorig jaar tijdelijk stilgelegd vanwege de corona-pandemie, maar hebben hun wetenschappelijke waarnemingen inmiddels hervat, rekening houdend met de veiligheid en gezondheid van iedereen ter plaatse. Bron: ESO.

Share

Comments

  1. https://cneos.jpl.nasa.gov/

    Sorry maar ik denk dat (een telescoop)ons niet kan beschermen tegen een blok
    van 1km of groter….

    Er scheert genoeg rond +-(890) 😉

  2. Tis niet zozeer de aarde die in gevaar komt, die overleeft het wel, maar het zijn vooral de huidige kostgangers die er op leven die bang zijn voor hun hachje. Na enkele mega extincties in het verleden begint de evolutie gewoon weer opnieuw zodra de condities het weer toelaten. Wel handig dat je zo´n ding nu van tevoren kan zien aankomen zodat je dan op tijd op de inslaglocatie getuige kan zijn van de klap, op een topje van een berg of zo…..

  3. Martin Schoenmaker zegt

    Ik ben toch wel benieuwd hoe constellaties zoals Starlink juist voor dit soort observatoria impact gaan hebben. Hier zal geen winsorized sigma clipping toegepast kunnen worden lijkt me…

  4. Kobe Cornelissen zegt

    Het is zeer handig dat je weet wanneer zo’n planetoïde aankomt, maar om te vermijden dat ze inslagen op de aarde moet je hun door inslag van andere planetoïden de baan veranderen van de planetoïde , weg uit het zonnestelsel.
    Op welke manier kunnen we er op een gemanipuleerde manier voor zorgen dat deze baan veranderd wordt? Enkel planetoïden die minder dan 50 diameter branden op in de atmosfeer. Kan iemand deze vraag beantwoorden?

Speak Your Mind

*