19 april 2024

Vallende sterren

In de nacht van donderdag op vrijdag werd de hemel versierd met vallende sterren, de zogenaamde Perseïden. Deze ontstaan doordat de aarde met een snelheid van zo’n 30 kilometer per seconde tegen kleine (stof)deeltjes aan botst. In dit geval zijn de stofdeeltjes afkomstig van de komeet Swift-Tuttle. De dinsdag ervoor werd ik gebeld door RTV Drenthe om hierover wat vragen te beantwoorden. Uiteraard stemde ik in. Vlak daarna begon het mij te dagen dat het hier een live uitzending betrof. Mijn vermoeden werd bevestigd met de woorden: ‘zodra de muziek ophoudt ben je live.‘ (De betreffende uitzending, vanaf 14 minuten 23 seconden.)

En dus vertelde ik wat ik wist over de meteorenregen. Over de oorsprong van de vallende sterren en hoe prachtig dit verschijnsel wel niet is. Natuurlijk zou ik zelf de komende dagen ook gaan kijken. Ik voegde er zelfs aan toe dat ik foto’s ging maken, want dit is werkelijk een prachtig fenomeen. Bijgevolg ben ik dan ook maar daadwerkelijk op pad gegaan om de sporen van verbrande stofdeeltjes waar te nemen en op de foto te zetten. Eerlijk is eerlijk, de Perseïden zijn een prachtig fenomeen.

Samen met fotograaf Karin Rozeboom vonden we een prachtige open plek in de bossen bij Echten. Camera, statief, kleedje, drinken, snacks, muggenspray, we waren overal op voorbereid. Behalve op het wolkendek en de lichte regen die er uit kwam vallen. Geen vallende sterren, geen meteoren, noch meteoroïden. Maar wat is eigenlijk het verschil? Zelfs deze sterrenkundige worstelt nog wel eens met deze termen. Dus heb ik het uitgezocht.

Een meteoor is een synoniem voor een vallende ster. Het stofdeeltje, stukje rots, of stukje ijs dat het lichtspoor veroorzaakt, heet een meteoroïde. En mocht zo’n meteoroïde de aardse dampkring overleven, dan noemen we het restant een meteoriet. Met die termen weer opgehelderd, begon ook de hemel op te klaren.

Rond middernacht kwam de show tot leven. Ongeveer één keer per minuut schoot er tussen de sterren en de satellieten van de heer Musk een prachtige streep van licht. Soms drie achter elkaar en soms minutenlang weer even niets. Dat is de aard van de poissonverdeling.

Karin deed de rest van het werk. Camera opstellen, richten en instellen met de juiste sluitertijd, diafragma, iso waarde en meer van dat soort dingen. Het is altijd prettig om een professional naast je te hebben die weet hoe het werkt. Dat bleken achteraf ook haar gedachten, hoewel mijn bijdrage beperkt bleef tot aanmoedigende woorden.

Deze nacht was niet anders dan de rest van mijn sterrenkundige carrière. Het universum doet moeilijk maar uiteindelijk vinden we wat we zoeken. Alle credits aan Karin Rozeboom voor deze prachtige foto.

Compositiefoto van de Perseïden. Genomen in de nacht van 12 op 13 augustus in de bossen bij Echten. Credits en copyright: Karin Rozeboom. (Gepubliceerd met toestemming.)

Share

Comments

  1. Er wordt steeds gezegd, stofdeeltjes, maar hoe groot moet ik me die stofdeeltjes voorstellen? Zag van de week toch twee keer echt een zeer heldere vallende ster met een soort rokende staart erachter van ongeveer 60 graden elevatie naar 25 graden vallen in zeg een halve seconde. Dat moet voor mijn gevoel wel iets meer zijn geweest dan een stofje.. zou zoiets niet eerder in de orde groote van een baksteen liggen?

    • Nou nee Erik,
      Het zijn echt voor het merendeel maar stofdeeltje niet veel groter dat de diameter van jouw hoofdharen.
      Soms komt er een redelijk kiezelsteen onze atmosfeer in vallen, als deze voldoende tegendruk ervaart zie je een lichtspoor waar jij nu van denkt het een baksteen zou kunnen zijn.
      Als er een meteoor ter grote van baksteen onze atmosfeer in valt duurt het vergassen zo lang dat de snelheid ervan te laag wordt en zodoende wordt dit minstens een meteoriet.
      Het vergas proces heeft overigens niets met wrijving te doen maar zoals ik al vermelden met druk.
      Als je het wil snappen hoe druk warmte kan maken kijk dan maar eens naar onze Aarde of koop bij een kampeer winkel een vuurpiston.
      Dat maakt heel veel duidelijk

  2. Hoi Erik,

    Bedankt voor je vraag!

    Zoals sterrenkundige1 al zegt, zijn de meeste meteoren echt heel klein. Typisch een millimeter of hooguit een centimeter. Omdat ze met een snelheid van tientallen kilometers per seconde onze dampkring binnenkomen, geven ze toch heel veel licht af. Dat begint al op een hoogte van 100 kilometer waar de dampkring nog heel erg ijl is.

    De hitte ontstaat inderdaad voornamelijk door compressie van de lucht. Wrijving speelt maar een kleine rol.

    De vallende ster die jij zag, zal waarschijnlijk de grootte van een knikker hebben gehad.

    Groeten,
    Roy

Speak Your Mind

*