We zoeken al sinds de Vikinglanders in de jaren zeventig van de vorige eeuw naar sporen van (voormalig) leven op Mars. Maar twee Japanse onderzoekers, Ryuki Hyodo en Tomohiro Usui van de Japan Aerospace Exploration Agency (JAXA), denken dat we daarvoor niet alleen op Mars moeten zoeken, maar dat het ook goed mogelijk is dat we op de twee kleine manen van Mars moeten zoeken naar die sporen, op Phobos en Deimos dus. In dit artikel in Science betogen ze dat de manen dichterbij Mars staan dan onze maan bij de aarde en dat de vele inslagen die Mars in z’n verleden heeft gekend ook materiaal van Mars op die manen moet hebben afgeleverd. Mars had vroeger ook een ‘nat’ verleden en eventuele sporen van primitief leven van toen zouden ook op Phobos en Deimos terug te vinden zijn. Jap[an heeft al een voorstel om een missie naar één van die manen te ondernemen, het zogeheten Martian Moons eXploration (MMX) project. Bron: Phys.org.
Hoewel ik elke nieuwe missie natuurlijk toejuich, lijkt het mij sterk dat als we tot nu toe geen sporen van leven op Mars zelf hebben gevonden, we deze wél meteen op een van de manen zouden aantreffen.
Groet,
Gert (Enceladus)
Ja ja,
leven op één van de Manen van Mars?
Ik ken een Planeet in ons Zonnestelsel waar we leven op hebben ontdekt.
Deze heeft ook een natuurlijke Maan met een aanzienlijke omvang.
Toch…. ook daar is geen bericht van bekend dat ook daar sporen van leven op gevonden zijn.
Het onderzoek naar water in enige vorm, heeft al heel wat werktuig in oppervlakte gehad.
En we weten pas wat we er aan hebben als we als mens er lijfelijk zijn.
Nu is het in eerste instantie al bijzonder dat men het eventuele leven op Mars wil koppelen aan zijn Manen.
Want beide hemellichamen hebben de titel dat het ingevangen Asteroïden zijn.
Dus, laat het wonder geschieden “we vinden er bacteriën of iets dergelijks ” dan heeft het mijn in ziens niets te doen met Mars.
Eerder met de bevestiging dat ons Zonnestelsel ruim de mogelijkheid bied tot leven.
Ik beschik als leven best veel angst en vrees dat het hier over een mooi onderzoek gaat voor iets anders dan……
Vriendelijk groet,
Jos Hoebers