Zwaartekracht is weliswaar de zwakste van de vier bekende natuurkrachten (vergeleken met de sterke, elektromagnetische en zwakke wisselwerking), maar op kosmische schaal is het de meest belangrijke kracht. Al meer dan honderd jaar wordt de zwaartekracht beschreven met Einstein’s Algemene Relativiteitstheorie (de ART uit 1915), een theorie die al vele malen getest en geverifieerd is. De ART is werkzaam in vier dimensies: drie ruimtedimensies en één tijdsdimensie. Ondanks al die verificaties lijken Robin Wen ( University of Waterloo en de University of British Columbia) en zijn collega’s recent gestuit te zijn op een ‘kosmische storing’ in de zwaartekracht, zoals ze het noemen. Waarnemingen laten namelijk zien dat de zwaartekracht ongeveer 1% zwakker is als je ‘m miljarden jaren terug (=miljarden lichtjaren ver weg) meet – feitelijk draait het om een storing in de gravitatieconstante G. Het zijn de afstanden waarbij sterrenstelsels sneller lijken te gaan dan de lichtsnelheid vanwege de uitdijing van het heelal. Het zou kunnen dat dáár de ART tekortschiet om de zwaartekracht te beschrijven. Daarom komen Wen en zijn collega’s met een gemodificeerd model. Mogelijk kan dat model ook een rol spelen bij het verhelpen van de Hubble spanning.
Meer informatie hierover is te lezen in het vakartikel van Robin Y. Wen, Lukas T. Hergt, Niayesh Afshordi, Douglas Scott. A cosmic glitch in gravity. Journal of Cosmology and Astroparticle Physics, 2024; 2024 (03): 045.
Bron: Univ. Waterloo.
Speak Your Mind