De rode superreus Betelgeuze komt hier met regelmaat in Astroblogs tevoorschijn, de laatste jaren vooral over zijn veranderlijkheid en de plotselinge afname van zijn helderheid, die in 2019 voor het eerst werd bemerkt. In die veranderlijkheid zijn meerdere cycli waargenomen, die door elkaar lopen en die het lastig maken om iets over de fysieke toestand van de reuzenster te zeggen. Eén van die cycli heeft een periode van 2.170 dagen, vijf keer langer dan de ‘normale’ pulsatieperiode van Betelgeuze. Altijd was het uitgangspunt bij alle waarnemingen en voorspellingen dat Betelgeuze één enkele ster is. Maar recent heeft een team van sterrenkundigen een nieuwe theorie gelanceerd: Beteleuze is een dubbelster! Er zou vlakbij de rode superreus nog een ster staan van 1,17 keer de massa van de zon. Staat die ster op een afstand van 2,43 keer de straal van Betelgeuze dan zou de interactie tussen die twee de waargenomen variabiliteit én de dimming uit 2019 kunnen verklaren.
Betelgeuze staat 642 lichtjaar van ons vandaan en hij is zo’n 100.000 keer lichtsterker dan de zon. Van de “great dimming” van 2019 is al vastgesteld dat die ontstond doordat Betelgeuze een grote wolk stof uitbraakte, waardoor z’n lichtsterkte sterk afnam door de verduisterende wolk. Zoals gezegd heeft Betelgeuze naast z’n normale periode van veranderlijkheid nog een zogeheten long secondary period (LSP), van 2.170 dagen, iets wat vaker voorkomt bij sterren in de Red Giant Branch (RGB) van het Hertzsprung-Russell (HR) diagram, waar Betelgeuze ook toe behoort. De grote vraag is waar die LSP vandaan komt en wat de periode ervan bepaalt. Jared A. Goldberg en zijn team hebben dat onderzocht en zij denken dat een begeleider de beste verklaring is. De begeleider van Betelgeuze zou het stof dat door de enorme ster wordt uitgeblazen ‘moduleren’ en als dan gezien vanaf de aarde de begeleider een transitie heeft (d.w.z. voor Betelgeuze langs schuift) dan zou er een grote dimming kunnen plaatsvinden. Dat betekent dat er naast α Ori A ook een α Ori B zou bestaan.
Meer hierover kan je vinden in het vakartikel van Jared A. Goldberg et al, A Buddy for Betelgeuse: Binarity as the Origin of the Long Secondary Period in α Orionis, arXiv (2024).
Eh… voor de mensen die hier mijn eerste blog vanuit de Dordogne hadden verwacht: ja, ik ben goed aangekomen en we hebben net heerlijk gegeten. Alleen is het nu aan het regenen, dus ik denk dat er vanavond helaas niets waar te nemen valt. Helaas. Hopelijk morgen beter weer.
Bron: Phys.org.
Interessant. Maar verandert dit nog iets aan de kans dat Betelgeuze – al dan niet samen met zijn begeleider – binnen afzienbare tijd KABOOM gaat?
groet,
Gert (Enceladus)