15 januari 2025

A Christmas tale of telescopes….

Messier 39 in sterrenbeeld Zwaan..70mmF5 refraktor Canon 1000D 10x90sec

Het is tweede kerstdag en dus zou bovenstaande charles Dickens-achtige titel..eh…moeten kunnen, ja toch…niet dan??? EN…Ja….ja….U leest het goed…..ik heb een tijdje geleden alweer gespeeld met een 70mm…….refraktor….oh dear….Heel het Universum weet zolangzamerhand dat ik soms behoorlijk wens te willen uithalen naar dit specifieke telescooptype….enne…helemaal niet omdat ze slecht zijn, hoor,  integendeel zelfs….in principe is er niets mis met een goed gebouwde lenzenkijker behalve dan dat ze hedentendage toch wel een tikkie onterecht (althans dat vind ik..maar wie ben ik nou helemaal??) bijkans een soort van onaantastbare elitair mythische optische heiligheids-status hebben gekregen.

En zie hier dit megablog waarmee ik nu alweer een dikke drie hele maanden aan het schrijven c.q.  verbaal mee aan het stoeien ben als ware het mijn “optisch opus magnum”. Ik ben absoluut GEEN professioneel astronoom dan wel instrumentbouwer danwel professioneel opticïen….maar slechts zeer gepassioneerd geinteresseerd in de werking van de technische speeltjes (telescopen, eendjes…een rijksmonumentje…etc..etc) die een rol spelen/hebben gespeeld in mijn zotte leventje. “Leve is leren” is best wel heel erg een levensmotto van uw nedrig astroscribent. Wat ik hieronder heb neergekwakt en nog ga neerkwakken is dus slechts zoals ik meen begrepen te hebben hoe materiele dingen des leven lijken te werken….enne….ik kan het wat een heleboel van het onderstaande geschreve betreft dus ook volkomen bij het verkeerde eind hebben….So be it…..valt er weer te leren en dat is altijd prima!!!

Afijn….tot zover dit “filosofische voorspel”.

De immer stevig geprijsde “apo” is tegenwoordig verworden, zo lijkt het wel, tot de heilige graal in telescopenland. Ik krijg soms echt het gevoel dat als  je zo’n ding hebt c.q. hebt kunnen veroorloven,   dat je je dan gelukkig eindelijk hebt kunnen ontworstellen uit het grauwe triestgrijze optische moddermoeras waarin het “Newtoniaanse astroplebs” het maar moet doen met de overgebleven restjes verminkt-gereflecteerde fotonen. Sorry, hoor….uiteraard een tikkie gechargeerd theatraal neergepend, maar u begrijpt, hopelijk ende wellicht, een beetje wat ik hiermee probeer te bedoelen??

Hou me ten goede, wat er tegenwoordig te koop is aan mega veelheid aan fraai glimmend refractor-speelgoed is absoluut “prima spul”, hoor….edoch….dat komt naar mijn bescheiden mening, na het nodige inleeswerk in serieuze optische literatuur, niet omdat een lens per definitie optisch zoveel beter is dan een spiegel,  maar eerder omdat de lenzensystemen die hedentendage verkocht worden…eh…simpelweg helemaal “af” zijn, terwijl er bij spiegelsystemen en vooral bij zachtgeprijsde commerciéle Newtonsystemen hier en daar…..” soms nog heel wat ruimte is voor verbetering” om em echt optisch “af” te maken.

Naast dit gegeven speelt ook nog mee het simpele feit dat al die kekke hedendaagse hipster apo’tjes weliswaar KLEINE telescopen zijn met hun bescheiden lensopeningen varierend van ergens ruwweg tussen de slechts zes en 12cm,  maar ze zien er allemaal stuk voor stuk ech wel “rete-flitsend” uit!! Ze hebben vaak ook nog eens hele fraaie namen zoals bijvoorbeeld “Red Cat” of “Z(w)amboni” (Arie z’n nieuwste astrofoto-speeltje) en in het algemeen is het hele “marketeercircus” achter deze kijkertjes van een niveau om je vingers bij af te likken, resulterend in het commerciele “feest-feit” dat deze kleine peperdure optische speeltjes vandaag de dag waarlijk als warme broodjes over de toonbank vliegen. De refraktor-hype draait op volle toeren!!!

MAARRE…. de eerlijkheid gebied deze “ouwe classic Newtonzuurpruim”…..Oui, c’est moi…. ook meteen te bekennen dat zo’n zelfde soort hype ook ooit eens in een ver verleden jaren 60, 70 en begin 80 de klassieke 15cm F8 Newton ten deel is gevallen. Elke tijds-segment heeft nu eenmaal altijd zo zijn/haar eigen helden/heldinnen en iconen en wat dat betreft zit er dus, wederom eerlijk toegegeven, best wel veel…eh…”vastgeroeste bloody hippie” in mij met mijn diepgewortelde, vind ik goedgefundeerde,  voorliefde voor materiele zaken van het type Newton, Citroën 2cv….etc..etc….

Maar goed al dit soort van geitenwollen sokken gefilosofeer  weer even terzijde gezet,  er is ook goede natuurkundig strak onderbouwde reden waarom deze kleine refractoren zo ontiegelijk goed zijn en dat is simpelweg te danken aan de natuurkundige basis-eigenschappen van het licht,  die er voor zorgen dat des te kleiner de telescoop des makkelijker het is om de maximaal haalbare optische perfectie te verkrijgen. Deze maximaal haalbare optische kwaliteit wordt aangeduid met de kreet dat de telescoop in kwestie zogenaamd “diffractie begrensd” is.

Met het begrip “diffractie begrensd”, ontdekt en theoretisch beschreven in 1835 door ene George Biddell Airy wordt bedoeld dat er zuiver en alleen  door de natuurkundige eigenschappen van het licht er een ultieme maximuum haalbare beeldkwaliteit bestaat voor alle optische systemen, hoe goed deze ook gebouwd zijn!!!

Al doe je nog zo je best met spiegel danwel lenzenslijpen, mechanische verbeteringen aanbrengen aan je telescoopbuis…etc..etc, je zult NOOIT en te NIMMER een kwaliteitsniveau behalen HOGER dan de waarde bepaald door de formule van George Biddell Airy die luidt: 244 x de golflengte van (groen) licht in millimeters gedeeld door de diameter van het telescoop-objectief in millimeters…..en zie hier mijn allereerste formule ooit op Astroblogs…yihaaa!!!

Als je een telescoop op een “oneindig ver weg staande” ster richt dan zou de telescoop deze ster in theorie als een oneindig klein puntje moeten afbeelden,  maar dat doet ie dus niet. Het afgebeelde oneindig kleine sterpuntje heeft dus ALTIJD een bepaalde minimale diameter. Dit lichtschijfje met die, met de formule van Airy uit te rekenen  minimale diameter, noemen we een diffractieschijfje danwel Airy-schijfje. Nu zijn de getalletjes die je uit deze formule kunt laten rollen an sich niet zo “spannend”,  maar waar het wel om gaat is het hyperbelangrijke feit dat deze formule van Airy aangeeft dat de theoretische afmeting van het door een optisch systeem geproduceerde diffractie-schijfje, genaamd het Airy-schijfje,  ALTIJD AFNEEMT naarmate de objectiefdiameter TOENEEMT…. ofwel…….een grote telescoop laat (op papier/in theorie)  ALTIJD scherpere plaatjes (kleinere sterpuntjes!!) zien dan een kleine.

En als we in een theoretische ideale wereld zouden leven dan is….bla….bla…bla….alles mooi, dan is alles geweldig..

MAAR HELAAS…we leven nu eenmaal NIET in een ideale wereld maar in het aardse tranendal…..en dus…  komt hier natuurlijk een heel gemeen optisch addertje uit het optische speelgoedgras gekropen en wel in de vorm van het zogenaamde zwaar gevreesde “aberratie-schijfje”.

Het aberratie-schijfje is het DAADWERKELIJK door het optisch systeem, middels al zijn bij elkaar opgetelde optische fouten,  geproduceerde minimale beeldpuntje,  waaruit het gehele door het optische systeem (de telescoop…de astrocamera…de telelens) geproduceerde beeld is opgebouwd. Dit aberratie-schijfje kun je, een beetje kort door de bocht, vergelijken met een rasterpuntje in de rasters die we in de grafische industrie gebruiken om foto’s mee af te drukken. Hoe grover het raster…..lees des groter de gebruikte rasterpunt om de foto mee op te bouwen c.q. af te drukken, des te onscherper het afgebeelde danwel afgedrukte plaatje.

 

HEEL BELANGRIJKE DEFINITIE: Bij een optisch systeem welke “diffractie begrensd” is,  is het door de telescoop met al z’n inherente beeldfouten geproduceerde aberratie-schijfje KLEINER dan het diffractieschijfje!! Het diffractieschijfje is dan dominant en voor dit specifieke optische systeem het maximaal haalbare optische kwaliteitsniveau. Beter dan dit zal het NOOIT kunnen worden. Dit gegeven is de HEILIGE GRAAL van de optiekbouwer!

 

Bij een kleine telescoop zoals dus bij  die kleine hippe apo’tje is een diffractie begrend beeld “makkelijk” realiseerbaar vanwege het onvermijdelijk grote diffraktieschijfje in relatie tot z’n vele correctie-mogelijkheden vanwege het gebruik van meerdere lenzen of zelfs meerdere lensgroepen, het gebruik van dure glassoorten en vanwege de vele slijp-uren  van de zeer kundige duurbetaalde lenzenslijpert.  Vandaar dat deze kleine lenzentelescopen over het gehele beeldveld altijd van die gruizig-strakke diffractie begrensde sterbeeldjes/puntjes produceren.

MAAR…..men dient zich er wel van doordrongen te zijn dat deze afgebeelde retestrakke sterbeeldjes ALTIJD  GROTER zullen zijn dan de veel kleinere sterbeeldjes geproduceerd door grotere (lenzen/spiegel)telescopen van eenzelfde bouwkwaliteit en hierdoor zal een perfect gebouwde kleine telescoop, onder dezelfde (!!!!) atmosferische waarnemings omstandigheden,  dus ook NOOIT een beter Maans/planeetbeeld kunnen produceren dan een evenzo perfect gebouwde grote telescoop!!!

Het “gevoel” dat een kleine apo soms veel betere beelden lijkt te kunnen produceren dan b.v. een grotere Newton komt vooral omdat het verschil in de AFMETINGEN tussen die verschillende Airy-schijfjes  niet zo opvallend en/of storend is.

ECHTER wat je wel kunt zien en wat wel “pijn  doet” is dat een weliswaar kleiner maar misvormd “aberratie-schijfje” terecht als meer storend wordt ervaren dan een perfect maar wel groter diffractieschijfje. Tevens zit je met een grotere telescoop (10cm en groter) ook altijd met het probleem dat dat prachtige fijnkleine airy-schijfje heel vaak….te vaak…..”vermorzeld” (=vergroot) wordt door luchtonrust.

LUCHTONRUST  IS IN ONZE LAAGLANDELIJKE WAARNEEMOMGEVING DE ECHTE BLOEDSERIEUZE BEDREIGING als het gaan om planetenwaarneem-genot en dan vooral voor het planetenwaarneemgenot met grotere telescopen…en die grotere telescopen (10cm plus) zijn, vrijwel altijd reflectoren danwel catadioptrische systemen zoals in de vorm van respectivelijk 15, 20 cm en grotere Newtons danwel schmidt Cassegrains en Maksutovs, die vanwege dit gegeven helaas niet zo vaak als gewenst hun fijnkleine airy-schijfjes kunnen produceren.

 

In telescopenland is het wat de optische kwaliteit van het optisch systeem geproduceerde Airy-schijfje betreft dus altijd de kunst en immer afmattende  zware knokpartij om het optisch misvormde aberratie-schijfje KLEINER te krijgen en te houden dan het perfecte ronde theoretische Airy-schijfje…..EN…..naarmate de lens of spiegeldiameter toeneemt wordt dat steeds moeilijker en moeilijker.

 

Is dit gegeven nu een onoverkomelijk probleem??? Neen, absoluut niet zelfs…maar je moet er wel een prijs voor betalen….enne….die prijs betaal je of in de neergetelde pecunia voor je telescoop vanwege alle uitbundig toegepaste optische correctie technieken en vanwege een hele hoge toegepaste produktiekwaliteit van de telescoopfabrikant/lenzen en spiegelslijpers….

MAAR………

er is ook een, laat ik het maar omschrijven met de losse flodder kreet “poor mans methode”,  om de optische prestatie’s van telescopen  best wel dramatisch te verbeteren….en dat is heel simpelweg door telescopen HEEL LANG te maken. In de begintijd van de telescoop was dit HET (enige!!) kunstje die optiekbouwers konden toepassen om de beeldkwaliteit van de enkellenzige rampenbak oerrefraktor “hoegbaar te krijgen” resulterend in lenzenkijkers van soms wel 50meter lang!!!!

Ziet U,  licht houdt er nu eenmaal gewoon niet van om met grof geweld naar een brandpunt gedwongen te worden. Liever een 10cm achromaat op F15/F20 dan op F5…….liever een 15/20/30cm Newton op F8 dan op F4…….liever een 15cm Maksutov op F23 dan op F10…..en zo kan ik nog we effe doorgaan. Optisch korte ongecompenseerde/ongecorrigeerde telescopen hebben zeker als ze groter zijn dan 10…15cm helaas vaak heel veel moeite (lees: onmogelijk) om dat diffractie begrensde criterium te behalen.

Moet de OTA (optical tube assembly), om begrijpelijke logistieke redenen zoals de afmetingen zoals de achterbank van de auto, toch KORT zijn dan MOETEN er optische maatregelen genomen worden om de telescoop diffractie begrensd te houden.

Dit laatste, dat van die afmetingen,  wil ik toch nog gaarne effe heel duidelijk illustreren met een extreem voorbeeld: Wil je bijvoorbeeld een 10cm oerlenzenkijker uitgerust met een enkelvoudige lens apochromatische totaal beeldfoutvrije diffractie begrensde sterpuntjes laten produceren, dan kan dat in theorie prima, hoor….MAARRE….of ie dan nog op de achterbank van je k..t…eh..oeps…prachtig degelijke Kia’tje past, dat gaat dat toch wel een tikkie lastig worden tenzij die achterbank minimaal een meter of 15 breed is!!!

Wel nu….in refraktorland is dit “optisch logistieke (auto-achterbank) probleempje” al vroeg in de optische geschiedenis heel redelijk opgelost met de uitvinding van de achromaat en heden ten dage al helemaal geperfectioneerd met de komst van de apochromaat…..MAAR….dit gaat dus nog steeds ALLEEN maar op voor die hedendaagse kleine hyperpopulaire hyperhippe achterbankvriendelijke apochromatische refraktoren tot een diameter van ten hoogste een  centimetertje of 12….15 en een openingverhouding van ergens tussen de F5 en F8!!!!

LET WEL…..dit gegegeven gaat trouwens, in theorie in elk geval, dus  absoluut weer NIET op voor de ACHROMATISCHE refraktor. Optisch theoretisch kunnen deze eigenlijk allemaal hun werk pas echt goed doen als in zijnde diffraktie begrenst bij een openingsverhouding van F15(!!) en dat betekent dat een 10cm achromaat al gauw een pijplengte heeft van 1.5 meter en een 15cm al helemaal een monster gaat worden met een lengte van bijna 2.5 meter. Op sterrenwacht Mercurius te Dordrecht staat zo’n imposant monster, die we voor het bezoekende publiek liefkozend “de grote kijker” noemen…..enne….die 15 cm Zeiss refraktor uit 1920 is met z’n buislengte van meer dan twee en een halve meter, gemonteerd op die giga paralactische montering, absoluut een imposante joekel van een telescoop…..maar….als ik het bezoekende publiek danweer naar beneden neem, dan staat halverwege de waarneemtoren een 20cm F6 gooi en smeet Newton/Dobson…..en dan kan ik het niet nalaten om het bezoekende publiek te vertellen dat die “gare zwarte gelakte vuilnisbak” toch de echte grote kijker van de sterrenwacht is, die als het gaat om strakke plaatjes van de maan, planeten en deep sky objecten,  de Mighty Zeiss zeker partij kan geven!!!

Overigens wordt in de praktijk deze optische “chromatische aberratie-soep” van de achromatische refractor, in mijn bescheiden ervaring althans, toch veel minder heet gegegeten als hij zo op papier lijkt te worden opgediend, hoor. Het bovenstaande kiekje van M39 heb ik dus voor de lol geschoten met een “volkomen fout” Meade 70mm F5 refraktortje….enne….ja…chromatische aberratie is zeker aanwezig….maarre….storend????…NEE!!!!…Tja…..wat is er nu eigenlijk mis met het kunnen “zien” dat je door aan achromaat naar de hemel aan kijken bent?????  Ik persoonlijk vind echt totaal van niet

Eh…kwestie van smaak …en…”De kunst van het tevreden kunnen zijn en zo”????? Ik ben in elk geval happy met het geproduceerde plaatje…..en in die paar close encounters die ik heb gehad met refraktors (o.a. een 25 x 100 astrobino) heb ik in elk geval dat typische kleurzweempje eigenlijk nooit echt storend gevonden maar eerder typisch leuk en kenmerkend voor een achromaat……net zoiets als met de “spikes” bij de sterbeeldjes als je door een Newton kijkt en kiekt……zogezegd, leuk om te “voelen” met wat voor optisch speelgoed je aan het spelen bent, toch????? Een lelijke eend is toch absoluut NIET STIL….maar dat zeer aanwezige geluid is juist toch de charme van zo’n gebakkie…. Zonder dat heerlijke “foute???” geluid is er toch geen..eh… “gevoel”!!!

Maar goed in “kleine refraktorland” is met de opkomst van de apo alles dus “redelijk goed geregeld”.

In “reflectorland” echter is de situatie wel een beetje anders, helaas….Ziet U, het heeft mij altijd al verbaasd en het verbaast mij nu eigenlijk nu nog steeds behoorlijk dat je in  astronomische tijdschriften (en tegenwoordig uiteraard ook op “you tube”) WEL met de regelmaat van de klok (vaak hartstikke boeiende!!) artikelen tegenkomt hoe je je nedrige Newtonnetje kunt verbeteren maar eigenlijk NOOIT hoe je je apo’tje kunt/moet verbeteren. Dat laatste, zo hebben we nu wel gevoegelijk kunnen vaststellen,  is dus niet nodig want dat “werk” wordt al door de apo-fabrikanten zelf voor ons gedaan enne Dank hiervoor….. Maarre….kan iemand mij eens eindelijk uitleggen maar vooral toch goedpraten waarom dit zo ongelofelijk onlogisch aanvoelende feit veel minder op lijkt te gaan in “reflectorland”??

Ik bedoel, ikzelf vind het persoonlijk een heel erg leuk tijdsverdrijf om aan mijn Newton (en Maksutov)telescopen te moeten/mogen sleutelen, maar als je dat nou eens niet zo leuk vind, waarom lijken er dan voor die specifieke astro-consument eigenlijk best wel zo weinig Newton-telescopen te zijn die gewoon al standaard/af-fabriek voorzien zijn van al die in de ATM-literatuur (ATM=amateur telescope making) beschreven verbeteringen (Baffles, coma-correctoren, ventilatie-systemen..etc..etc)??? I don’t blooody get it!!!

Oh…enne….toch nog effe vooral voor alle duidelijkheid …..die fijn laaggeprijsde gewone huis, tuin en keuken Newtontelescoop die je heden ten dage “voor weinag” kunt kopen zijn an sich prima instrumenten, hoor…..laat je vooral niet afschrikken….maar het is (helaas??) gewoon wel een feit dat er bij deze instrumenten vaak nog wel….eh… “wat ruimte is voor prestatie-verbetering”!

De reden waarom een apo zo goed maar ook zo prijzig is, zo hebben we eerder al vastgesteld, is het feit  dat een huis, tuin en keuken DRIELENZIGE 11,5 cm F8 apochromatische refraktor dus maar liefst ZES bewerkbare optische oppervlaktes heeft plus DRIE verschillende(dure) glassoorten,  plus TWEE regelbare  lenstussenruimtes en ook nog eens een thermisch gesloten optiekbuis om voor de optiekbouwer om de zeven door de bank genomen grootste optische fouten (aberraties) te weten…sferische aberratie, chromatische aberratie, coma, astigmatisme, sferochromatisme, beeldwelwing en vignetering…… de kop in te drukken, terwijl bijvoorbeeld een nedrige 11,5 cm F8 Newton…(herkent U haar nog?? ons nederige “Elfje”!!) dit allemaal in principe geacht wordt te doen met slechts ÉÉN optisch werkzame oppervlak en een thermisch open optiekbuis….Laten we eerlijk wezen, dat gaat em (de Newton) in deze “kale oervorm” vanzelfsprekend dus echt niet helemaal lekker lukken…een tikkie oneerlijke ongelijke strijd…”You can’t change the laws of (optical) physics, Captain”   zoals Mister Scott…..(Startrek, The original series voor die enkele cultuur-barbaar onder ons..hihi!!)…….. dat altijd in het heetst van de strijd pleegde te zeggen!!!

Maarre….laten we nu eens voor de lol en voor de wetenschapelijk verantwoorde waarheidsvinding dit begrip “OERVORM” eens even nader onder de loupe nemen en om dat goed te kunnen doen moeten effe heel heftig terug gaan in de tijd en de OER-REFRAKTOR en de OER-REFLECTOR gewoon naast elkaar zetten voor een….eh…”optisch vergelijkend warenonderzoek”.  Ziet U….we zijn al zo gewend aan het feit dat een lenzentelescoop meerdere lenzen heeft in de vorm van een TWEELENZIG achromatisch danwel van een DRIELENZIG apochromatisch lenzensysteem dat we wel heel gemakkelijk lijken te willen vergeten dat de oer-refraktor dit toch echt NIET had!!!!!

De oer-refraktor, de zogenaamde Hollandschen kijker, uitgevonden 1608 door Hans Lippershey uit Middelburg had namelijk slechts één lens, waarvan meestal ook nog eens maar één zijde sferisch bol geslepen was……enne….. uitgerust met dat ene lensje was de oer-refrakor een optisch volkomen waardeloos ONDING. In oervorm produceert het kreng een hoeveelheid chromatische en andersoortige optische aberratie’s waar een paard  zwaar de hik van krijgt.

Om die oer-refraktor  optisch te temmen was er toendertijd maar één manier beschikbaar voor de toenmalige telescoopbouwers en dat was het echt gestoord lang maken van de oer-refraktor.

Een 10cm oer lenzentelescoop (uitgerust met een enkelvoudige lens)  gaat het, zoals eerder vastgesteld,  (en dan alleen nog maar  op de optische as!!) bijvoorbeeld pas een beetje goed doen als ie een brandpuntsafstand heeft van maar liefst een metertje of 15 !!!!

Effe ter vergelijking en ter faveure voor het nedrige Newtonnetje, een GOEDGECONSTRUEERDE 11,5 cm F8(oer)Newton daarintegen geeft al theoretische optisch PERFECTE achromatische en diffractie-begrensde beelden bij een brandpuntsafstand van slechts 1 meter (!!!) en dat niet alleen op de optische as maar ook nog eens over HEEL het beeldveld van dit optische systeem.

Ofwel…..vreemd genoeg maakt een oer-Newton dus  echt zwaarbedorven gehakt van een oer-refraktor!!

En dus is het mij een groot genoegen om het volgende knuppeltje in het optische hoederhok te pleuren met de vraag….is het nedrige spotgoedkope “elfje”, de 11,5cm F8 Newton een gelijkwaardige opponent voor een 10cm achromaat danwel vette peperdure 11cm apo??? Deze vraag zal aan de astronomische borreltafel voorspelbaar door zogenaamde “mannen met verstand” (yeah right) gegarandeerd beantwoord worden met een luidruchtig honend… “NEE”…

ECHTER….. zeker in de theoretische computersimulatie-werkelijklijkheid is dat namelijk toch echt WEL het geval…….om deze gewaagde uitspraak kracht bij te zetten…………….. citeer ik graag het volgende:  G. Hallock Smith, R. Ceragioli en R. Berry/Telescopes, Eyepieces and Astrographs (Design, analysis and performance of modern astronomical optics)/ pagina 181 :……. “In fact, the image quality of the F8 Newtonian is comparable to that of a high-performance apochromatic refractor”….einde citaat!!!! Dit boek samen met het boek “Telescope Optics” van onze heuse enige eigen echte  oerhollandse Harrie Rutten en Martin van Venrooij zijn wat dit onderwerp betreft de moderne “(amateur) telescoop-optiek-bijbels”!!

In de dagelijkse praktijk echter wil dit (theoretische) gegeven helaas nog wel eens (vaak!!!)niet opgaan daar de uitvoering en bouwkwaliteit  van vooral de goedkope instapmodellen van de oernewton OTA’s meestal nogal wat te wensen overlaat.

Een 11,5cm F8 Newton zoals die zou KUNNEN zijn,  met alle tot op heden bekende beeldkwatiteitbevoorderende toeters en bellen (high spec hoofdspiegel, telescoopbuis uitgerust met een perfect anti strooilucht-systeen, telescoopbuis uitgerust met “climate control”…enz…enz) is zeker wat technische uitvoerbaarheid absoluut een haalbaar instrument.

Gelukkig kan de handige optisch-mechanische doe het zelver (de ATM’er)  zelf met relatief weinig dure en of ingewikkelde middelen hier een heleboel verbetering in aanbrengen….ik spreek uit wat dit betreft uit veel zeer plezante ervaring….en zoals eerder gezegd is er in de literatuur en op het internet betreffende het op het (apo)niveau brengen van je goedkope takke-Newtonnetje heel veel nuttigs te vinden.

En als je daar onverhoopt geen zin in of niet de technische vaardigheden voor hebt,  dan kan je altijd je heil zoeken bij kant en klare compacte high spec kort focus Newts standaard voorzien van geintegreerde comacorrector want die bestaan weldegelijk hoor,  maarre ze zijn op dit moment in deze “apo-gloriedagen” zeer onterecht (nog) niet echt trending….EN…..aan dit soort Newtons hangen echter heel andere kneiterpittige prijskaartjes vergeleken met de “kale” goedkope huis, tuin en keuken Newton!!! Maar ja….topkwaliteit kost nu eenmaal toppecunia!!

Mijn 20cmF6 orion optics Newton die ik heb laten maken naar de toendertijd door Orion Optics  hoogst haalbare optische kwaliteitsnormen was toen (een jaartje of 25 geleden) vier keer zo duur (1200 pound sterling versus 300 pound sterling!!!) dan de standaard uitvoering. Een hedendaagse kleine 13cm F2.8 Sharpstar Newtonian astrograph bijvoorbeeld gaat bijvoorbeeld voor een dikke 2000 (!!) plus euries over de toonbank….oepsie.

Ofwel….ga je de simpele goedkope oer newton de “apo-behandeling” geven dan krijg je ook “apo-prijzen”!!!

Net zoals bij de oer-refraktor is  dus ook bij de oer-newton het doelbewust lang houden een zeer nuttige en vooral goedkope manier om hem/haar aberratie-vrij c.q. diffractie begrensd te krijgen… EN….het dat doelbewust lang houden zorgt er ook tevens voor dat je een zo klein mogelijke vangspiegel kunt gebruiken…..want natuurlijk is die ozo zichtbare vangspiegel “een storende factor”, maar ze is absoluut NIET de optische kwaliteits-killer welke het Newton systeem zoals zo vaak aan de astro-borreltafel door “mannen met verstand” wordt toegedicht. Als de vangspiegel kleiner is dan iets van 20%, iets wat bij lange Newtons het geval is, dan is de verstoring van het beeld  zo goed als onmeetbaar….EN….ook nog eens relatief heel makkelijk te compenseren door het gebruik van een zogenaamde “high spec hoofdspiegel”…..

MAAR……Een optisch hoogkwalitatieve 15cm of een 20cm F8 Newton zijn dus geen compacte snelle deep sky astrofotografie vriendelijke Newtonsystemen en ze vragen ook nog eens om een hele stevige montering.

Wil je toch een korte en diffractie begrensde Newton dan MOET er een (passende goede) comacorrector in het optische systeem worden opgenomen, Goede geconstrueerde Newtons zijn ongeacht hun F-waarde/optische snelheid welliswaar OP DE AS  altijd optisch perfect…maarre al heel vlug daarbuiten gaat het dramatisch mis vanwege die echt hele lelijke nare “newtonkwaliteits-killer aberratie” genaamd COMA.

Deze optische misvorming zorgt er voor dat sterpuntjes niet als sterpuntjes worden afgebeeld maar als loeierlelijke  komeetvormige vlekjes die heel rap  heel erg groter en irritanter worden naarmate richting rand van het zichtbare beeldveld en vooral bij Newtons van 20cm en groter is dat echt een hele grote optische pretbederver.

Ik heb een zelfgebouwde 40cm F4.5 Dobson-Newton staan…enne….bij mijn first light sessie werd ik echt kotsmisselijk van het beeld van de dubbele open sterrenhoop in Perseus waar “het Kreng” mij op “trakteerde”….wat een walgelijk klotenbeeld was me dat, zeg.

Tja…..als die 40cm Dobbo nu eens i.p.v. lekker kort en hanteerbaar F4.5 (brandpuntsafstand 180cm) een optisch veilige F8 openingsverhouding had gehad…..dan…was er niets aan de hand geweest…..dan had ie braaf apo-kwaliteit sterpuntjes over het hele beeldveld laten zien. Echter met toch één tres petite probleme en wel het mechanische horrorfeit dat je dat prachtige met retescherpe sterpuntjes gevulde beeld kan  bewonderen op een drie meter hoge wankeltrap om maar bij dat op 3,20 meter hoogte bevindende oculair te komen EN het feit dat vier sets “tentstokken”….trusspoles…van een metertje of 2.5 ergens in je auto moet zien kwijt te raken bij elke waarneem-expeditie……nie handig!!

Mijn 40cm Dobson-Newton is dankzij z’n onmisbare comacorrector  van een walgelijke “kots-scoop” verworden tot een optisch perfect instrument van zeer behapbare proporties.  ALLE grote profesionele reflectoren gebouwd vanaf het begin van de vorige eeuw zoals o.a. b.v. de beroemde 5 Meter Hale telescoop op Mount Palomar hebben standaard coma correctoren opgenomen in hun optische systeem. Waarom deze noodzaak pas zo laat is doorgedrongen in de amateur astronomie wereld is mij echt een enorm raadsel.

Nog een “dingetje” om een reflector optisch perfect te krijgen is het toepassen van  een hoofdspiegel  die een zo perfect mogelijke vormnauwkeurigheid heeft….(de hoofdspiegel van de Hubble Space telescoop is wat dit aspect betreft bijvoorbeeld heel zwaar de teil in gegaan!!!)….en tevens ook een zo perfect mogelijke oppervlakte gladheid. De mate van onnauwkeurigheid c.q. ongladheid van het spiegelopppervlak wordt dan uitgedrukt met de zogenaamde “lambda waarde” waarbij een waarde van b.v. 1/4 lambda betekent dat de afwijking t.o.v. perfectie niet meer bedraagt dan 1/4 van de golflengte van het groene gedeelte van het spectrum. Deze waarde, die 1/4 lambda is de zeer acceptabele onderwaarde waar de meeste huis, tuin en keuken Newtons hedentendage wel aan voldoen. Wil je echter meer dan kan dat maar meestal el op speciale bestelling….1/6e…of…1/8ste….of  1/10e en ik zag zelfs ooit een spiegelslijpert ergens in Sky and Telescope adverteren met zelfs 1/27ste lambda!!

Dit verkrijgen van een optisch hoge kwaliteits hoofdspiegel is wel absoluut een hele prijzige business simpelweg net zoals bij de refractor vanwege de vele arbeids-uren die hier mee gepaard gaan.

Een best wel groot probleem voor de aanstormende “telescoop-consument” is helaas wel weer het feit dat je de kwaliteit van het belangrijkste onderdeel van je al dan niet pittig geprijsde nieuwbakken aan te schaffen teletoeter, de hoofdspiegel danwel de hoofdlens, zelf NIET kunt controleren. Natuurlijk kan je om een test/fabricage rapport vragen….maarre…..ALLE telescoopspiegels of ze nu van scheerspiegel of James Webb-kwaliteit zijn, ze glimmen  mooi……EN….als je je telescoopspiegel effe in gedachte zou kunnen uitrekken tot een afmeting van, zeg maar,  zo groot als heel europa en je moet dan vervolgens op die schaal met het blote oog  een afwijking detecteren die absoluut niet groter mag zijn dan een MOLSHOOP, dan gaat hem dat toch echt niet worden!!!

De kwaliteit van een telescoopspiegel (en natuurlijk ook die van een telescoop lens) danwel het hele optische systeem kan in feite alleen maar worden vastgesteld door een professionele opticus die een optische testbank in haar of  zijn keldertje heeft staan. Oh ja…..en die opticus moet ook nog eens precies weten hoe je met zo’n optisch testbank om moet gaan……Iets wat bijvoorbeeld bij het testen van de hoofdspiegel van de Hubble Space telescope tamelijk rampzalig is mis gegaan want dat peperdure stukkie glas was per ongeluk (ongewenst fout) sferisch geslepen en niet parabolisch…In de amateur spiegelslijperij-busines is dat het eerste en zo ongeveer het eenvoudigste wat je leert corrigeren…..Oh..oh..oh….wat een vreselijk schaammomentje was me dat voor de boys and girls from NASA….enne…..dat afstelfoutje betrof een misser van slechts een fractie van de dikte van een mensenhaar….zo klein zijn de marges tussen een scheerspiegel of een superspiegel….het is niet anders!!

De realiteit is dus eigenlijk dat je gewoon je nieuwe telescoop als het ware in den blinde aanschaft  bij je favo-telescoopdealer…..hmmmm….als ware het kopen van een nieuwe auto zonder het maken van een gedegen proefrit…oepsie.

Als je dat feit zo tot je neemt dan zou nooit meer je hardbevochten euries durven uitgeven aan een telescoop….MAAR….gelukkig valt de realiteit wat dat betreft best wel heel erg mee, hoor…..de meeste fabrieksmatig geproduceerde optiek DEUGT maar wel met die heel logische duidelijke kantekening/waarschuwing dat “alle waar naar zijn geld is”!!

Tja…..Zit er een moraal aan dit mega verhaal??? Nou ja…..eigenlijk heel simpel wat ik net aanhaalde met de kreet dat heel ouderwets “alle waar naar zijn geld is”  Misschien ook toch wel dat het mijns inziens niet verkeerd is om je eerst en vooral te verdiepen in waar je je zuur verdiende pecunia in gaat steken. Of misschien heb ik dit verhaal ook wel geschreven omdat ik een ongelofelijke kolere-hekel heb aan “borrelpraat-wijsheid” waarbij door niet ingelezenen zonder ook maar enig schrijntje twijfel toch dingen worden gebruld die slaan als een tang op een varken.

Weet U…..ik zou…..vanwege al die inwendige twijfels…..nog uren kunnen doorschrijven, filosoferen, nadenken etc..etc….over dit, mij nog immer waanzinig boeiende, onderwerp……telescopen…..maarre……het is voorlopig even genoeg!!

En dus bij deze wil ik U allen nog een zeer aangename voortzetting  van deze tweede kerstdag toewensen……en tevens een heel voorspoedig….wolkenloos(??)…..2025…….

Clear Skies

Oh….p.s…..en weet U wat ik aanstaande zaterdag ga doen??? Ik ga gezellig samen met Arie naar de eindejaars uitverkoop bij Robtics om…….een apo’tje te kopen…eh voor Arie, niet voor mij, hoor….er zijn tenslotte toch echt grenzen….maar ik ga hem ook niet tegenhouden….Judas die ik ben….Duidelijk last van Kerst-softheid..hihi!!!

 

 

 

Share
Over Jan Brandt

Speak Your Mind

*