In het sterrenbeeld Stier (en een klein stukje in Voerman) ligt de Taurus molecular cloud (TMC-1), een grote wolk van gas tussen de sterren, pakweg 430 lichtjaar van ons vandaan. Het is een stervormingsgebied, vol met pas gevormde sterren van 1 á 2 miljoen jaar oud – vergeleken met de zon (4,5 miljard jaar oud) piepjong. In TMC-1 bevindt zich een donkere wolk van stof genaamd LDN 1551 en dáárin bevindt zich HH30, een zogeheten Herbig Haro object. Da’s een jonge ster, die zich aan het ontwikkelen is en die een sterke uitstroom van gassen heeft, welke in de vorm van een jet of straalstroom als een schokgolf door de interstellaire wolk gaan. De jonge ster is omgeven door een platte protoplanetaire schijf, restmateriaal van de wolk waaruit HH30 geboren is en waarin zich planeten kunnen ontwikkelen. Gezien vanaf de aarde kijken we precies tegen de zijkant van de schijf aan en is te zien dat één van de jets recht omhoog gaat. Dat maakt het interessant om te bestuderen en dat hebben ze dan ook gedaan met de grote Webb ruimtetelecoop. Hierboven zie je de foto die gemaakt is met de MIRI & NIRCam instrumenten van Webb, hieronder een gelabelde versie.
De waarnemingen gedaan met Webb werden gecombineerd met die van de Hubble ruimtetelecoop en van de Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA) in Chili en dat gaf de sterrenkundigen een goed beeld van wat er aan de hand is bij HH30. De waarnemingen laten zien dat grote stofdeeltjes binnen de schijf moeten migreren en zich in een dunne laag moeten nestelen. Het ontstaan van een smalle, dichte stoflaag is een belangrijke fase in het proces van planeetvorming. In dit dichte gebied klonteren stofdeeltjes samen en vormen ze kiezelstenen en uiteindelijk planeten.

De Webb-, Hubble- en ALMA-beelden van HH30. Credit: ESA/Webb, NASA & CSA, ESA/Hubble, ALMA (ESO/NAOJ/NRAO)
De Webb-, Hubble- en ALMA-beelden laten ook verschillende afzonderlijke structuren zien die in elkaar zijn genest. Uit de smalle centrale schijf komt met een hoek van 90 graden een gasstraal met hoge snelheid tevoorschijn. Uit de Webb-gegevens bleek dat de gasklonten in de jet zich met een snelheid van 121 km per seconde voortbewegen. De smalle straal is omgeven door een bredere, kegelvormige uitstroom. Die uitstroom wordt omgeven door een brede nevel die het licht reflecteert van de jonge ster HH30, die in de schijf is ingebed. Deze structuur vertoont een lichte spiraalvorm, vergelijkbaar met wat gezien is in andere jonge protoplanetaire schijven, evenals een ‘staart’-achtig kenmerk dat zich naar één kant uitstrekt. Hoewel de oorsprong van deze kenmerken nog moet worden vastgesteld, laten ze zien dat HH 30 een dynamische plaats van planeetvorming is.
Meer over het onderzoek aan HH30 is te lezen in het vakartikel JWST Imaging of Edge-on Protoplanetary Disks. IV. Mid-infrared Dust Scattering in the HH 30 disk.
Bron: ESA.
Speak Your Mind