Credit: Jodrell Bank/NASA/ESA
De Vlindernevel (NGC 6302)In het sterrenbeeld Schorpioen bevindt zich NGC 6302, alias de Vlindernevel of Insectnevel . Voor de Hubble ruimtetelescoop was deze planetaire nevel één van de objecten aan de hemel
waarmee de optiek ná de reparatiemissie van mei dit jaar werd getest. Onderzoek van een groep sterrenkundigen van de Universiteit van Manchester onder leiding van Albert Zijlstra – goh, klinkt dat even Brits – aan de Vlindernevel toont aan dat de centrale ster met een oppervlaktetemperatuur van 200.000 graden één van de heetste sterren van de Melkweg is. Met die temperatuur is die ster zo’n 35 keer heter dan de Zon, die een bescheiden 6.000 graden telt. Die centrale ster zelf was vanwege omhullende stof- en ijswolken vanaf de Aarde niet te zien, zelfs niet met de ‘oude’ Hubble ruimtetelescoop. Maar dankzij de vernieuwing van de Hubble is de ster wel te zien, met name door de inzet van de nieuwe
Wide Field Camera 3 (zie de foto hieronder). En daaruit is niet alleen die extreem hoge temperatuur naar voren gekomen, maar ook een inschatting van de huidige massa van die ster: 0,64 keer de massa van de Zon. De centrale ster van de Vlindernevel was eerst veel zwaarder dan de Zon, maar door de uitstoot van z’n buitenlagen, hetgeen die Vlindernevel heeft veroorzaakt, is de ster in massa geslonken. Het is dan ook een stervende ster, die uiteindelijk als witte dwerg zal eindigen. Een artikel over de vondst van de centrale ster verschijnt binnen kort in het vakblad
The Astrophysical Journal en wie niet kan wachten tot die bij de krantenboer ligt kan het artikel
hier lezen. Bron:
Jodrell Bank.
Credit: Jodrell Bank/NASA/ESA