Site pictogram Astroblogs

Hoe zit dat nou met Niburu en IRAS?

Naar aanleiding van Olaf’s artikel over de waarnemingen met de WISE satelliet is er veel discussie losgebarsten over het wel of niet bestaan van Niburu, de ’tiende planeet in ons zonnestelsel’. Omdat voorstanders van de Niburu-hypothese telkens verwijzen naar aanwijzingen die met de IRAS satelliet zijn gevonden voor het bestaan van die planeet leek het mij goed daar aandacht aan te besteden.

Het artikel uit 1983 over de waarneming aan planeet X.

Continue wordt door voorstanders van de Niburu-hypothese [1]luidende dat er buiten de baan van Pluto nog een grote planeet genaamd Niburu zou zijn, met een omlooptijd om de zon van 3600 jaar. Deze planeet, die ook wel planeet X, Nemesis of Tyche (geen Tycho) … Lees verder een artikel uit 1983 geciteerd, waarin beweerd wordt dat sterrenkundigen met behulp van de InfraRood Astronomische Satelliet (IRAS) Niburu daadwerkelijk hebben waargenomen. Dat artikel van Thomas O’Toole (Washington Post Staff Writer) verscheen op 30 december 1983 in de Washington Post, hierboven zie je ’t staan, het gedeelte op de voorpagina, hier is ’t geheel te lezen. In dat artikel wordt gewezen op waarnemingen met de IRAS satelliet, die in het sterrenbeeld Orion in het infrarode gedeelte van het spectrum iets mysterieus zou hebben gezien:

So mysterious is the object that astronomers do not know if it is a planet, a giant comet, a nearby “protostar” that never got hot enough to become a star, a distant galaxy so young that it is still in the process of forming its first stars or a galaxy so shrouded in dust that none of the light cast by its stars ever gets through.

Het object zou 540 Astronomische Eenheid van ons vandaan staan, dat is zo’n 80 miljard km. In het artikel worden ook Gerry Neugebauer en James Houck geciteerd,  beiden betrokken wetenschappers van het IRAS project. Het is niet echt schokkend wat ze daarin zeggen, onder andere “All I can tell you is that we don’t know what it is “, aldus Neugebauer en “If it is really that close, it would be a part of our solar system“, aldus Houck. Maar kennelijk is het idee dat NASA-wetenschappers geciteerd worden in een artikel in de Washington Post en dat in de kop van dat artikel gesproken wordt over de ontdekking van een “Mystery Heavenly Body” – subtitel: “Possibly as Large as Jupiter” al voldoende voor velen om dit als te bewijs te zien voor het bestaan van de tiende planeet in ons zonnestelsel, Niburu. Noot: toen rekenden we Pluto nog gewoon als planeet, de negende planeet van ons zonnestelsel, van dwergplaneten hadden we nog nooit gehoord. De grote vraag is natuurlijk: wat zag IRAS nou precies?

De waarnemingen met IRAS

De IRAS was een satelliet die het resultaat was van een samenwerkingsverband tussen de Verenigde Staten, Nederland en het Verenigd Koninkrijk – jazeker, Nederland deed ook mee. IRAS werd op 26 januari 1983 gelanceerd en hij bleef bijna tien maanden actief, tot 23 november 1983. IRAS voerde de eerste ‘all sky survey’ uit in het infrarode deel van het spectrum.

Met de resultaten werd de eerste hemelatlas van infrarode stralingsbronnen samengesteld. De eerste resultaten werden onder de titel “Unidentified point sources in the IRAS minisurvey” op 1 maart 1984 gepubliceerd in het vakblad Astrophysical Journal Letters, 278:L63, 1984. Van de 8709 door IRAS waargenomen infraroodbronnen blijken er 9 te zijn, die aan geen enkele object uit bestaande catalogi gekoppeld kunnen worden.

Voorafgaande aan deze publicatie werd door het IRAS-team een persconferentie gegeven, dat was op 9 november 1983 in Washington DC. Daar vertelden Neugebauer en Houck over de negen niet-geïdentificeerde objecten en ze zeiden dat deze van alles konden zijn, van de tiende planeet in het zonnestelsel tot verre sterrenstelsels! Aha, de bron van O’Toole’s artikel in de Washington Post én daarmee van de Niburu-hypothese. En tot zover zou je kunnen zeggen dat de voorstanders van de hypothese gelijk hebben. Maar dan vergeten ze dat navolgende artikelen van het IRAS-team (Houck et al, 1985 en Soifer et al, 1987), waarin gemeld wordt dat acht van de negen bronnen geïdentificeerd waren als zogenaamde Ultra-luminous Infrared Galaxies (ULIRG’s), de negende was een filament-achtige structuur genaamd “infrared cirrus“, dat zich in de intergalactische ruimte bevindt, buiten de Melkweg. Geen van de negen objecten bevond zich in of vlakbij het zonnestelsel.

Een voorbeeld van ‘ultra-luminous infrared galaxies’. Credit: NASA, Kirk Borne (Raytheon and NASA Goddard Space Flight Center, Greenbelt, Md.), Luis Colina (Instituto de Fisica de Cantabria, Spain), and Howard Bushouse and Ray Lucas (Space Telescope Science Institute, Baltimore, Md.)

De Niburisten hebben dus kennelijk aan cherry picking gedaan, ze hebben het deel van het verhaal gebruikt dat uitkomt, de rest hebben ze weggelaten. Belangrijk hierbij is om te melden dat in de decennia na de waarnemingen met IRAS talloze andere infraroodsatellieten zijn gelanceerd en in gebruik genomen, die véél gevoeliger waren voor infraroodstraling, zoals Spitzer, WISE en Herschel, Geen van deze satellieten heeft iets waargenomen dat duidt op de aanwezigheid van een nog onbekende planeet in ons zonnestelsel.  Kortgeleden heeft Olaf van Kooten over de speurtocht van WISE naar zo’n planeet geschreven, hetgeen niets heeft opgeleverd. Bron: Universe Today + Bad Astronomy + Tom Chester.

Voetnoten

Voetnoten
1 luidende dat er buiten de baan van Pluto nog een grote planeet genaamd Niburu zou zijn, met een omlooptijd om de zon van 3600 jaar. Deze planeet, die ook wel planeet X, Nemesis of Tyche (geen Tycho) wordt genoemd, zou tijdens die omloop gevaarlijk in de buurt van de aarde komen.
FacebookTwitterMastodonTumblrShare
Mobiele versie afsluiten