13 mei 2025

Astronomische zomerpret: NGC 6992, De Sluiernevel in het sterrenbeeld de Zwaan

NGC 6992, de Sluiernevel in het sterrenbeeld de Zwaan

 Het leek echt wel een eeuwigheid te duren…die “meteorologische dark ages” met alleen maar de “Cumulus interruptus irritantus-nevel” aan het hemelgewelf om naar te mogen staren. Maar eindelijk is “ie” dan toch gekomen, de langverwachte en lang naar gesmachte Hollandse zomer. OK, dubieus detail is dan wellicht misschien dat voor mijn gevoel, net nu het eindelijk lekker weer is geworden alhier in ons kikkerlandje,  iedereen ten einde raad last minute naar zuidelijker oorden is gevlucht, zodat er niemand meer aanwezig is om er van te genieten? Nou ja, hoe dan ook….voor de thuisgebleven astronomisch geinteresseerde onder ons is er nu gelukkig weer een beetje “waarneem dan wel Astrofotografie-werk aan de winkel”hoera!!!! Ik zag op het net alweer een paar erg leuke plaatjezzz voorbij flitsen van enkele zeer gewaardeerde college…enne…..bij deze mijn digitale duit in het astrofotografische zakje in de vorm van een opname van een gedeelte van het sluiernevelcomplex in het sterrenbeeld de Zwaan. De sluiernevel is een zogenaamde supernovarestant……de buitenste gaslagen van een zware ster die “enige tijd geleden” haar doodstrijd heeft…eh..”gevierd” door met een daverende kosmische klap, in de vorm van een supernova, uit elkaar te spatten. Supernovae kunnen op “maximum vermogen”die paar maanden dat zij gemiddeld duren soms even helder (of soms zelfs nog helderder) worden als het complete melkwegstelsel waar zij deel van uit maken. De supernova-explosie waar deze nevelflarden de fraaie restanten van zijn, gelegen op ongeveer 1500 lichtjaar,  heeft  ruw geschat zo’n dikke 20 tot 30 000  jaar geleden plaatsgevonden en moet hier op moeder Aard wellicht  best wel een “aardig” spektakel zijn geweest, bezien in het (intense) licht dat die “krengen”dus zo ongelofelijk fel kunnen zijn. Gemiddeld zou er volgens “de statistieken” ongeveer elke 100 jaar een supernova moeten afgaan in ons eigen melkwegstelsel. Aangezien de laatste te zien was ten tijde van Johannes Kepler lopen we dus helaas “een beetje achter”..Jammer hoor. Als ranzig zoethoudertje hebben we in 1987 in één van de Maggelhaense wolken (één van een groepje dwerg-melkwegstelsels die gravitationeel aan ons Melkwegstelsel zijn gebonden) nog wel  een “aardige knal” mogen waarnemen, maar dat is toch niet echte werk. Wat dat betreft is het gewoon een kwestie van afwachten en je amuseren met een “aantal leuke restjes”, waaronder NGC 6992, die aan de nachthemel te zien zijn. Deze opname is een samenstelsel van 7 plaatjes van 3 minuten op ISO 1600, “bij nacht en ontij” genomen met een ongemodificeerde Canon 1000D in het primaire brandpunt van mijn 20 cm F6 Newton. Volgen werd zoals altijd gewoon nog braaf met de hand en het oog gedaan (schouderklopje voor mezelf!!) terwijl ik ook nog ondertussen mijzelve moest verdedigen tegen een tamelijk agressieve zwerm muggen die opeens duidelijk trek leek te hebben gekregen in een “broodje amateur-astrofotograaf”…..wat men al niet over heeft voor een zooitje fotonen op een chippie. Behalve het feit ik het best wel een aardig plaatje vind geworden (ja toch niet dan??) is het ook nog zo, besefte ik mij opeens, dat er met dit plaatje een langgekoesterde wens in vervulling is gegaan. Heel lang geleden, toen ik een jaar of acht was, kreeg ik van mijn ouders “per ongeluk denk ik” een sterrenkundeboek onder mijn jonge snufferd geduwd. Dit boek, met de titel “De Wonderen van het Heelal”, is het begin geweest van mijn huidige fanatieke  belangstelling voor de edele wetenschap der sterrenkunde. In dit boek staat o.a. een, vond ik toen en vind ik nu ook nog steeds, een hele mooie foto van….jawel….de Sluiernevel…en wel precies  van het gedeelte welke ik afgelopen nacht op de gevoelige digitale plaat heb gezet. Heel lang geleden toen ik dat plaatje voor het eerst onder mijn hogelijk verwonderde kinderogen kreeg droomde ik ervan om die prachtige nevel ooit eens met eigen (fotografische) ogen te mogen aanschouwen…..enne….Na een avondje “olympisch astro-sporten in de Biesbos” en een ochtend  digitaal stoeien met Deepsky stacker en photoshop, was het dan zover…..EINDELIJK na 42 jaar wachten kan ik ze naast elkaar houden, mij eigen sluiernevel en die in het boek waar het allemaal mee is begonnen. De cirkel is rond en gesloten en deze kleine jongen van bijna 51 voelt zich weer even 8 jaar….Ik ben happy

Share
Over Jan Brandt

Comments

  1. Geweldig leuk stukje, Jan!
    En een prachtig plaatje. Je hebt er wel wat voor over moeten hebben met die vervelende muggen om je heen die je van je ‘werk’ proberen af te houden.

  2. Jan Brandt zegt

    Dankjewel, Jan!!
    Trouwens….vanwege o.a. die pleuris muggen heb ik een poging om de Noord amerikanevel te fotograferen maar even aan de treurwilgen gehangen….enne…als ik dan bij jou weer lees dat jij er maar liefst drie (!!) nachten non stop volautomatisch belichten voor nodig hebt gehad om jouw (mooie!!) plaatje van dit leuke object voor elkaar te krijgen dan vraag ik mij even in opperste vertwijfeling af of dit object eigenlijk wel met mijn manier (handmatig volgen en zo) te pakken te krijgen is???….want..eh…drie nachten lang achter elkaar “met de hand” volgen lijk mijn niet echt een gezonde bezigheid?!? Is dit kreng werkelijk zo lastig op de plaat te zetten of zijn er toevallig nog “astrofotografische achterdeurtjes”??

  3. Jurgen Kobierczynski zegt

    Ik heb die nevel dit weekend ook gefotografeerd, 6 platen van 120 seconden op iso 800:

    http://www.flickr.com/photos/jurgenk2/7619170912/

  4. Mooie plaat Jan, en erg leuk stukje tekst.
    Probeer ook eens met minder iso. Ik heb daar met de 1000D goeie ervaringen mee.
    Noordamerika nevel zou ik niet aan beginnen met ongemodificeerde camera in onze omgeving. In donkere gebieden heb ik m met blote loog gezien. Hier heb je lange belichtingstijden nodig.

    • Jan Brandt zegt

      Thanx Paul……enne..ik moet bekennen dat ik “normaal” altijd gewoon op 800 ISO mijn plaatjezz schiet en dat is zeker voor melkwegstelsels, sterrenhopen etc..etc.. adequaat genoeg met die, toegegeven mij heel erg prima bevallende, 1000D. Met de sluiernevel meende ik even “alles uit de kast te moeten halen” vanwege die “roodgevoeligheids-problematiek”, maar ik realiseer mij opeens dat dat voor de Sluiernevel helemaal niet opgaat omdat de sluiernevel geen narrowband emissienevel is maar een supernovarestant van hetzelfde soort als bijvoorbeeld de Krabnevel. De Noord Amerikanevel is er natuurlijk wel zo’n eentje en daar ga ik inderdaad, ongemodificeerd en wel, mijn digitale handen NIET aan branden. Bedankt voor de “wake up call”!!!

  5. Jan, nog even over ISO-waarden. Had je deze nog gezien? http://www.astrojac.nl/astrojac/node/46
    Dit gaat over ISO-waarden. Conclusie van verhaal is: probeer met zo laag mogelijke ISO-waarden en kort mogelijke belichtingstijd te werken wat voor jouw camera en object op dat moment beste is.

    • Jan H., hoe bepaal je dan “wat voor jouw camera en object op dat moment beste is”? Biedt dat artikel waar je naar verwijst ook die info? Of is dat een kwestie van gewoon uitproberen, trial and error? Ik heb het artikel moet ik eerlijk zeggen niet gelezen hoor, zit op m’n gemak op de camping te bakken. 🙂

Speak Your Mind

*