4 oktober 2024

Een kosmische vleermuis in volle vlucht

Credit: ESO

Verscholen in een van de donkerste krochten van het sterrenbeeld Orion, spreidt deze Kosmische Vleermuis zijn wazige vleugels uit over een afstand van tweeduizend lichtjaar. Hij wordt aangelicht door de jonge sterren die zich in zijn kern hebben genesteld. Hoewel deze sterren in ondoorzichtige stofwolken zijn gehuld, baadt de nevel toch nog in hun heldere schijnsel. Te zwak om waarneembaar te zijn met het blote oog, toont NGC 1788 op deze foto – de meest detailrijke tot nu toe – zijn zachte kleuren aan ESO’s Very Large Telescope.

ESO’s Very Large Telescope (VLT) heeft een glimp opgevangen van een ongrijpbare nevel, weggestopt in een van de donkerste uithoeken van het sterrenbeeld Orion: NGC 1788, bijgenaamd de Kosmische Vleermuis. Deze vleermuisvormige reflectienevel zendt geen licht uit, maar wordt aangelicht door een jonge sterrenhoop in zijn kern, die slechts vaag door de stofwolken heen schemert. Wetenschappelijke instrumenten hebben een hele ontwikkeling doorgemaakt sinds NGC 1788 voor het eerst werd beschreven, en deze foto, gemaakt door de VLT, is het meest gedetailleerde portret dat ooit van deze nevel is gemaakt.

De omgeving van NGC 1788. Credit: ESO/Digitized Sky Survey 2. Acknowledgement: Davide de Martin

Hoewel deze spookachtige nevel in Orion los lijkt te staan van andere kosmische objecten, denken astronomen dat hij werd gevormd door de krachtige sterrenwinden van de zware sterren erachter. Deze stromen van verzengend plasma verlaten de buitenste atmosfeer van een ster met ongelooflijke snelheden, en geven vorm aan de wolken die de ontluikende sterren van de Kosmische Vleermuis afschermen.

NGC 1788 werd voor het eerst beschreven door de Duits-Britse astronoom William Herschel, die het object opnam in een catalogus die later diende als basis voor een van de meest toonaangevende verzamelingen van deepskyobjecten, de New General Catalogue (NGC) [1]In 1864 publiceerde John Herschel – de zoon van William – de General Catalogue of Nebulae and Clusters, die voortbouwde op eerdere catalogi en meer dan vijfduizend intrigerende deepskyobjecten … Lees verder. Met de 2,2-meter MPG/ESO-telescoop van de ESO-sterrenwacht op La Silla was al eens een mooie foto van deze kleine, zwakke nevel gemaakt, maar die kan niet tippen aan dit nieuwe beeld. Deze momentopname van de stoffige vleugels van de Kosmische Vleermuis is gemaakt ter viering van de twintigste verjaardag van een van ESO’s meest veelzijdige instrumenten: de FOcal Reducer and low dispersion Spectrograph 2 (FORS2).

De Kosmische Vleermuis in het sterrenbeeld Orion. Credit: ESO, IAU and Sky & Telescope

Het FORS2-instrument is gekoppeld aan Antu, een van de 8,2-meter Unit Telescopes van de VLT van de ESO-sterrenwacht op Paranal, en zijn vermogen om grote delen van de hemel uitzonderlijk gedetailleerd in beeld te brengen, heeft hem tot een fel begeerd lid van de ESO-vloot van geavanceerde wetenschappelijke instrumenten gemaakt. Sinds hij twintig jaar geleden het eerste licht zag, heeft FORS2 zich ontwikkeld tot ‘het Zwitserse zakmes van de instrumenten’. Dit predicaat heeft hij te danken aan zijn unieke mogelijkheden [2]FORS2 kan niet alleen grote delen van de nachthemel met grote precisie vastleggen, maar ook de spectra van meerdere objecten aan de hemel meten en de polarisatie van hun licht analyseren. Op basis … Lees verder. De veelzijdigheid van FORS2 reikt verder dan zuivere wetenschappelijke toepassingen – zijn vermogen om mooie, hoogwaardige beelden als deze te maken, maakt dit een bijzonder nuttig hulpmiddel voor publicitaire doeleinden.

Deze foto is gemaakt in het kader van het ‘Cosmic Gems’-programma van ESO – een initiatief waarbij interessante, intrigerende of visueel aantrekkelijke objecten voor educatieve of publicitaire doeleinden met ESO-telescopen worden gefotografeerd. Dit programma maakt gebruik van ‘telescooptijd’ die niet geschikt is voor wetenschappelijke waarnemingen, en levert – met hulp van FORS2 – adembenemende opnamen op van de meest opvallend objecten aan de nachthemel, zoals deze complexe reflectienevel. Voor het geval de verzamelde gegevens bruikbaar zijn voor toekomstige wetenschappelijke doeleinden, worden deze waarnemingen bewaard en via het wetenschappelijke archief van ESO ter beschikking gesteld van astronomen. Bron: ESO.

Voetnoten

Voetnoten
1 In 1864 publiceerde John Herschel – de zoon van William – de General Catalogue of Nebulae and Clusters, die voortbouwde op eerdere catalogi en meer dan vijfduizend intrigerende deepskyobjecten bevatte. Vierentwintig jaar later werd deze catalogus door John Louis Emil Dreyer uitgebreid en gepubliceerd als de New General Catalogue of Nebulae and Clusters of Stars (NGC), een uitgebreide verzameling van prachtige deepskyobjecten.
2 FORS2 kan niet alleen grote delen van de nachthemel met grote precisie vastleggen, maar ook de spectra van meerdere objecten aan de hemel meten en de polarisatie van hun licht analyseren. Op basis van FORS2-gegevens worden jaarlijks meer dan honderd wetenschappelijke onderzoeken gepubliceerd.
Share

Speak Your Mind

*