8 oktober 2024

Toekomst natuurkunde ligt in het vroege heelal

De toekomst van de natuurkundige ligt in het vroege heelal

Credit: onbekend

Op een in maart dit jaar gehouden congres van de European Science Foundation (ESF) is de conclusie getrokken dat de toekomst van de fundamentele natuurkunde gelegen is in het onderzoek naar het vroege heelal. Het gaat daarbij niet alleen om het waarnemen van dat vroege heelal, in resoluties die steeds verfijnder apparatuur noodzakelijk maakt, maar ook om de theoretische kant van de zaak, het duiden van de gegevens en het opstellen van modellen ter verklaring van de waargenomen gegevens. In feite is er een nieuw type natuur- en sterrenkundige nodig: eentje die zowel goed kan waarnemen als goed kan verklaren. De praktijkman eh… -vrouw en de theoreticus in één persoon dus. Met die combinatie van praktijk en theorie komen we in feite weer terug bij de tijd van Galileo, toen dat onderscheid tussen die twee vakgebieden ook niet werd gemaakt. Het congres, getiteld Astrophysical Tests of Fundamental Physics werd van 27 t/m 29 maart in Portugal gehouden en doel was om alle topwetenschappers op het gebied van kosmologie, natuurkunde en astrofysica bijeen te brengen en na te laten denken over de toekomst van de natuurwetenschappen. Zoals gezegd werd algemeen aanvaard dat het vroege heelal hét laboratorium bij uitstek is en dat het zowel voor de experimentalisten, zoals de natuurkundigen die binnenkort met de Large Hadron Collider in Zwitserland gaan stoeien, als de theoretici, zoals de adepten van de snaartheorie of de Loop Quantum Gravitatie, zaak is zich er intensief mee te bemoeien. Kortom, de toekomst van de natuurkunde ligt in het verleden. 🙂 Bron: ESF.

Share

Speak Your Mind

*