Michel van Pelts boek 'Dream Missions' gaat in op mogelijke ESA en NASA robotische ruimtesonde missies
die als opvolgers van de Voyagers zouden kunnen dienen en in enkele decennia 200 AU en de Oortwolk
kunnen bereiken.
In 'Dream Missions, Space Colonies, Nuclear Spacecraft and other Possibilities', Michel van Pelt, Springer, 2017, gaat in op de meest ambitieuze ruimtevaartmissies. Het is Van Pelts innmiddels vijfde boek, (Space Invaders, Rocketing into the Future, Space Tourism, Space Tethers and Space Elevators). In Ruimtevaart 2017/4 staat een artikel gebaseerd op het deel van zijn boek over de Voyagers missies mogelijke opvolgers.Het artikel begint met het bijzondere bezoek van de Voyagers aan de heliopauze. De Voyagers bezochten als enige ruimtesonde's dit extreem ver verwijderde gebied en gaven ons een inkijk in deze mysterieuze wereld. Enkele studies in het verleden van zowel ESA als NASA gaven nog ambitieuzere plannen aan dan de Voyagers en zijn heden ten dage weer helemaal terug in de belangstelling. De ESA's Interstellar Heliopause Probe (IHP, studie gestart in 2005) een 2470 kg ruimtesonde met ruim 20 kilo wetenschappelijke apparatuur aan boord zou in staat moeten zijn om 200 AU afstand af te leggen, met 25 jarige levensduur (t.v. Voyager kwam op 140 AU in 40 jaar). Voorzien van een ultradun zonnezeil van enkele honderden meters dat voor de continue acceleratie zal moeten zorgen. Zowel de kosten voor het zeil als de RTG (die ESA nooit zelf gebouwd heeft ) zijn reden voor zorg hoewel ESA denkt dat het de sonde zelf wel kan bouwen en ook binnen budget. NASA heeft sinds 2003 een soortgelijk plan. Met een Heavy-Lift lanceerraket, en een kW klasse nucleair-electrisch aangedreven ionenmotor, kosten rond de 2.5 miljard dollar zou deze een snelheid in 2029 hebben van 9.5 AU per jaar en op 200 AU afstand zitten ergens halverwege deze eeuw. Deze robotische missie is bestudeerd door 9 ruimtevaart ingenieurs, Voyager experts, waarvan enkelen al op gevorderde leeftijd of zelfs met pensioen, die alle ins en outs van de Voyagers apparatuur en boordcomputers af weten. (online docu; The Loyal Engineers Steering NASA's Voyagers Probes Across the Universe)
Op weg naar 'The Edge of the Solar System', zoals het gelijkluidende artikel in
Ruimtevaart 4/2017 heet, verhaalt over deze bijzondere Voyager reizen en geeft
de technologische uitdagingen aan waarvoor een heliopauze ruimtesonde staat.
W.o. extreem lichtgewicht, uitvouwbare structuren, Europese RTG technologie,
lichtgewicht communicatie apparatuur voor 200 AU e.v..Sinds 2004, toen Voyager 1
in de termination shock aankwam kan deze sonde beschouwd worden als aanwezig
in de interstellaire ruimte. Het zal opduiken ergens tussen de 14.000 en 28.000 jaar
vanaf nu, in de Oortwolk, en pas dan zal het feitelijk ons zonnestelsel verlaten hebben.
Dan zal hij uiteraard 'overleden' zijn en nu verwacht men in 2025 dat de RTG
stroomvoorziening onder het minimum gezakt zal zijn om de instrumenten draaiende
te houden. Voorlopig worden de budgetten voor de opvolger missie's hiervoor nog
volop in beslag genomen door interplanetaire missie's relatief 'dichtbij' aarde, het blijft
lastig te verkopen dat wetenschappelijke data van deze extreme missie's pas enkele
decennia na lanceringsdatum op aarde zullen aankomen. Bron; Ruimtevaart 4/2017 (artikel binnenkort
op pdf in het NVR Ruimtevaart online archief)
Waar staat RTG voor?
Een thermo nucleaire batterij,
zie https://en.wikipedia.org/wiki/Radioisotope_thermoelectric_generator
Dank je Nico,
Het is dus geen kernreactor. In Rusland worden ze ook veel gebruikt
in de industrie. En verder op verre ruimtevluchten.
Apollo 12 had er als eerste maanvlucht een bij zich. Alan Bean voelde de hitte door zijn maanpak heen
bij het uit de cocon halen van de RTG (bevatte 3.8 kg Pu 238). https://archive.org/details/AS12-46-6789