Het superzware zwarte gat Gargantua, 100 miljoen zonsmassa’s schoon aan de haak, dat een belangrijke rol speelt in de sciencefiction film Interstellar, blijkt op een aantal punten op artistieke gronden af te wijken van het zwarte gat, zoals het er volgens de natuurwetenschappers uit zou moeten zien. Zo valt te lezen in een deze week gepubliceerd artikel in het vakblad Classical and Quantum Gravity van het visuele effectenteam van Interstellar én Kip S. Thorne, de natuurwetenschapper die mede het script voor de film heeft geschreven. Het artikel, Gravitational lensing by spinning black holes in astrophysics, and in the movie Interstellar, is gratis te downloaden.
De voorstelling van Gargantua in de film is gebaseerd op de Algemene relativiteitstheorie van Albert Einstein, de theorie die dit jaar precies honderd jaar geleden werd gepubliceerd. Het effectenteam (Double Negative in Londen) en Thorne kwamen eerst op een zwart gat uit dat asymmetrisch was: in de film komt tijddillatatie voor en daarvoor moet het zwart gat zeer snel roteren. Dat zorgt er weer voor dat het licht naar één kant wordt gesleept. Regisseur Christopher Nolan heeft die asymmetrie er uit gehaald, in zijn ogen zouden de bioscoopbezoekers het niet begrijpen. Verder is Gargantua in de film veel roder en helderder dan het er in werkelijkheid uit zou zien. De accretieschijf rondom het zwarte gat zou door het Dopplereffect meer blauw moeten zijn en aan één kant zelfs bijna niet zichtbaar. Ook hier had Nolan het laatste woord, al is alles wel in goed overleg gegaan met het effectenteam en Thorne. Hieronder een video over de talloze simulaties die zijn gedaan om tot de voorstelling te komen van Gargantua in Interstellar.
Bron: New Scientist.
Speak Your Mind