27 april 2024

Manuscript uit 1217 n.Chr. beschrijft mogelijk recurrente nova TCrB die om de 80 jaar opvlamt, en in 2024 opnieuw zou kunnen verschijnen

T Coronae Borealis, in rode cirkel, januari 2021 Credits; PopePompus, wikim. commons

De ster T CrB in het sterrenbeeld Corona Borealis vlamt elke 80 jaar op, en is een zogenoemde ‘recurrente nova‘. De laatste keer dat dit gebeurde met T CrB was in 1946. Astronoom Bradley E. Schaefer, van de Universiteit van Louisiana heeft nu in een manuscript uit het jaar 1217 n.Chr. aanwijzingen gevonden die het bestaan van deze recurrente nova TCrB (Eng. ‘recurrent nova’) zou kunnen bevestigen. Dit Middeleeuws document spreekt, aldus Bradley, van een mysterieus licht in het sterrenbeeld Corona Borealis, dat enkele dagen aanhoudt. In 1217 keek een Duitse monnik naar de sterrenhemel in het zuidwesten en zag een anders lichtzwakke ster, schijnen met een ongebruikelijke intensiteit, de ster bleef een aantal dagen achter elkaar fel branden. De toenmalig abt van de abdij van Ursberg, Abbott Burchard, legde de aanblik ervan vast in de kronieken (lat. Chronicon Urspergensis) van dat jaar. ‘Er werd een prachtig teken gezien’, schreef Burchard, eraan toevoegend dat het mysterieuze object in het sterrenbeeld Corona Borealis ‘vele dagen lang’ fel scheen.

Dit middeleeuws manuscript was mogelijk de eerste registratie van een zeldzaam fenomeen in het heelal dat een ‘recurrente nova‘ (RN) wordt genoemd: een dode ster die materie overhevelt van een grotere metgezel, waardoor met regelmatige tussenpozen lichtflikkeringen ontstaan. Volgens het nieuwe, 27 pagina’s tellende, onderzoek van astronoom Bradley E. Schaefer zou deze ster in kwestie T CrB kunnen zijn, deze staat in het sterrenbeeld Corona Borealis en neemt om de 80 jaar zo een week lang flink in helderheid toe. Maar het verschijnsel is slechts twee keer wetenschappelijk gedocumenteerd: één keer in 1866 en opnieuw in 1946. (De volgende langverwachte opflikkering van de ster wordt verwacht in 2024). In een preprint van arXiv.org, betoogt Schaefer, dat Burchard’s observatie, en ook een andere kroniek uit 1787 de eerste bekende waarnemingen van de T CrB nova vormen.
 
Maar hoe weet men zeker dat Burchard T CrB heeft opgemerkt en niet een ander hemels fenomeen, zoals een eenmalige supernova of een komeet? Schaefer sloot de mogelijkheid van een supernova vrijwel meteen uit, op grond van het feit dat als zo’n gewelddadige gebeurtenis – die plaatsvindt wanneer een massieve ster sterft in een enorme explosie – recentelijk had plaatsgevonden, deze overblijfselen zou hebben achtergelaten die duidelijk vandaag de dag nog zichtbaar zouden zijn. (Er wordt bijvoorbeeld gedacht dat de Krabnevel het overblijfsel is van een 1000 jaar oude supernova en deze is heden voor de meeste telescopen zichtbaar.) Aangezien niemand supernovaresten heeft waargenomen in de Corona Borealis-sterformatie, is het onwaarschijnlijk dat dit soort enorme stellaire explosies de orzaak was. Op dezelfde manier schrapte Schaefer een heldere planeet uit de lijst met ‘verdachten’, omdat er geen planeten zichtbaar voor het blote oog, door dat deel van de hemel dwalen.
 
De mogelijkheid dat de gebeurtenis een komeet was, was iets lastiger te weerleggen voor Schaefer. Volgens een kroniek van het St. Stephani-klooster in Griekenland was eerder dat jaar een komeet zichtbaar aan de hemel. De meeste monniken uit die tijd waren echter bekend met kometen, die als voortekenen van onheil werden beschouwd. Het is onwaarschijnlijk dat Burchard een komeet als iets ‘wonderbaarlijks’ zou hebben bestempeld, of zijn staart niet zou hebben genoemd, beweert Schaefer. De waarneming in 1787 werd geregistreerd door de Engelse astronoom Francis Wollaston. Dit verslag beschrijft nova-achtig gedrag van een ster waarvan de coördinaten vrijwel exact overeenkomen met de positie van T CrB aan de hemel. Terwijl Wollaston deze ster identificeerde met een naam uit de catalogus van de beroemde astronoom William Herschel, gelooft Schaefer dat zijn ware identiteit T CrB is. Astronomen kunnen zich nu in ieder geval voorbereiden op de volgende verwachte uitbarsting van deze recurrente nova eind 2024.  Bronnen; Livescience, ArXiv, pdf.
Share

Comments

  1. Als de vorige uitbarsting in 1946 was (nu 77 jaar geleden) en die daarvoor in 1866 (dus precies 80 jaar voor 1946) en de cyclus dus 80 jaar zou zijn, waarom verwacht je dan dat en nu ineens volgend jaar al een uitbarsting komt? In 2024 zijn we pas 78 jaar verder na 1946. het zou toch veel logischer zijn de volgende uitbarsting in 2026 te verwachten?

    groet,
    Gert (Enceladus)

    • Die 80 jaar is een gemiddelde van de vermoedelijke periodes tussen uitbarstingen. Schaefer zegt dat T CrB nu een dip doormaakt en dat is een indicatie dat de volgende uitbarsting eraan komt (bron: paper).

    • Als de periode exact 80 jaar zou zijn geweest zou ie al in 2017 zijn uitgebarsten. Je kent niet alle factoren die een rol spelen.

Speak Your Mind

*