
Deze mozaïek van Saturnusmaan Enceladus is gemaakt met beelden van NASA’s Cassini-ruimtesonde op 9/10/2008, nadat Cassini het oppervlak op ong. 25 km naderde. Credits; NASA/JPL/Space Science Institute
NASA’s Jet Propulsion Laboratory (JPL) heeft recent een geavanceerd plan voor een nieuwe landingsmissie naar een van Saturnus’ manen, Enceladus, gelanceerd. De missie staat in het teken van het zoeken naar biosignaturen. Enceladus wordt beschouwd als een van de meest veelbelovende plekken in het zonnestelsel om naar buitenaards leven – leven zoals wij dat kennen – te zoeken. Het plan omvat de bouw van de zogenoemde ‘Enceladus Orbitlander’, en deze moet in-situ metingen uit gaan voeren aan de pluimen van Enceladus. Het project staat o.l.v. Alfred Nash, een JPL-onderzoeker, en hoofdingenieur van Team X, het JPL Advanced Design Team dat verantwoordelijk is voor het snel genereren van innovatieve concepten voor ruimtemissies.
Het plan werd gelanceerd tijdens de Lunar Planetary Science Conference (LPSC 2025). Tijdens deze conferentie, die zich met name richtte op exploratiemissies die aansluiten bij de prioriteiten van NASA, was een belangrijk aandachtspunt toekomstige astrobiologische missies die op zoek zullen gaan naar bewijs van biologische processen (biosignaturen) op buitenaardse hemellichamen. De ijzige maan van Saturnus, Enceladus, staat bekend om de pluimactiviteit in de zuidelijke poolstreek. Astronomen vermoeden dat deze pluimen worden veroorzaakt door getijdenwerking in het binnenste van de maan. Dit zorgt ervoor dat de binnenste oceaan van Enceladus door het oppervlak breekt (cryovulkanisme) en materiaal de ruimte in slingert.

Cassini die door pluimen Enceladus vliegt. Credits: NASA/JPL-Caltech
De Orbitlander zal bestaan uit een tweetraps vaartuig, een lander en een Saturn Orbit Insertion (SOI)-trap, te lanceren in 2038. Deze missie zou de volgende 7,5 jaar naar Saturnus reizen, gevolgd door een jaar durende nadering van Saturnus en een orbitale overdracht naar Enceladus. Dit zou worden gevolgd door een half jaar van flybys. Het team schat dat de Orbitlander tijdens deze fase twaalf keer materiaal uit de pluim zou kunnen bemonsteren, terwijl hij 50 km van het oppervlak vliegt. Dan volgt er een 2,6 jaar durende Enceladus Orbit Insertion (EOI)-fase, waarbij de hoogte en snelheid wordt verlaagd tot resp. 30 km en 500-900 m/s.
Daarna zal de missie enkele maanden nog acht keer monsters nemen van pluim materiaal. De missie zal vervolgens nog verder dalen richting het oppervlak, en een jaar lang zoeken naar een landingsplaats. Na de landing volgen twee jaar oppervlakteoperaties, waarin de lander monsters zal verzamelen en analyseren van de ijzige korst van de maan, inclusief water en materiaal in de pluim dat opnieuw is bevroren op het oppervlak. Het team presenteerde ook een alternatieve missie als het te kostbaar uitpakt. Dan is er het ontwerp van de Enceladus Multiple Flyby (EMF)-missie bedacht. De EMF biedt, aldus het team ‘een alternatieve route voor vooruitgang dit decennium op het cruciale vraagstuk van de bewoonbaarheid van de oceanen, zij het met een sterk verminderd monstervolume, en een kleiner instrumentonderdeel ter ondersteuning van de detectie van leven.’
Dit ontwerpt biedt, aldus het team, een concept met een kleiner formaat, gewicht, vermogen en kosten (SWaP-C) aan in de plaats van de Enceladus Orbitlander. Team X vertrouwde op standaardtools, en gevalideerde kostenmodellen, om hun missieconcept te evalueren en integreerde technologieën die binnen de komende vijf jaar ontwikkeld zouden kunnen worden. Bronnen; Phys.org, NASA/JPL, UniverseToday
“De Orbitlander zal vers pluimmateriaal analyseren vanuit een baan om de aarde”
Ik neem aan dat ‘aarde’ een slip of the pen is? Lijkt mij dat dit Enceladus moet zijn.
groet,
Gert (Enceladus)!